e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Gerdingen

Overzicht

Gevonden: 508
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kroon kroon: krū[ə}n (Gerdingen), kroontje: krī[ə}nkə (Gerdingen) kroon [ZND m] III-3-1
kudde schapen kud: kɛt (Gerdingen) [JG 1a, 1b, 2c; L 6, 25b; A 4, 18; L 20, 18; monogr.] I-12
kunst kunst: ki̯nst (Gerdingen) Kunst. [ZND m] III-3-2
kweek puinen: pijnen (Gerdingen), pęi̯nǝ (Gerdingen) Elymus repens (L.) Gould Zeer algemeen voorkomend hardnekkig onkruid op gras- en bouwland en op akkerranden, dat er grasachtig uitziet met een rechtopstaande aar en donker- tot grijsgroen blad. Het bloeit van juni tot augustus. De lengte varieert van 30 tot 120 cm. Het is een lastig kruipend onkruid met veel onderaardse wortelstokken, die wel als veevoeder gebruikt worden. De boer verwijdert het met de eg uit de akker. Deze plant is ook wel bekend onder de oude naam kweekgras of tarwegras (Triticum repens L.). Zie in verband met de vele puin-opgaven de speciale bibliografie onder Goossens 1985; 1987 en 1988, 109-126. [N 11, 71; JG 1a, 1b, 2c; A 27, 24b; A 28, 10; A 29, 6 en 9; A 33, 17; L 34, 52; L 48, 18; Lu 2, 18; Lu 4, 9; S 20; monogr.; add. uit N 11, 70, 72, 80a en 88] || kweekgras (Agropyrum repens) [Lk 04 (1953)] I-5, III-4-3
lading vracht: vraxt (Gerdingen) Datgene wat op de kar of kruiwagen wordt geladen. [JG 1a, 1b; Wi 52; monogr.] I-10
land land: lant (Gerdingen) land [ZND 29 (1938)] III-3-1
leggen leggen: legə (Gerdingen, ... ) leggen [ZND A1 (1940sq)], [ZND m] III-1-2
lenen lenen: lī[ə}nə (Gerdingen, ... ) leenen [ZND 14 (1926)], [ZND m] III-3-1
leugen leugen: [ontrondingsgebied: leugen -> liegen]  līgə (Gerdingen) een leugen [ZND A1 (1940sq)] III-3-1
leurder leurder: lørdər (Gerdingen) een venter (die van deur tot deur waren verkoopt) [ZND 28 (1938)] III-3-1