e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Geulle

Overzicht

Gevonden: 4139
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gat, opening lok: e laok (Geulle) gat (znw enk) [N 26 (1964)] III-4-4
gat, opening (mv) loker: twiè laoker (Geulle) gaten (znw mv) [N 26 (1964)] III-4-4
gauwdief gauwdief: gawdeef (Geulle) een dief die op behendige, listige wijze te werk gaat [gauwdief, schelm] [N 90 (1982)] III-3-1
gebed gebed: gebed (Geulle) Een gebed, [jebed?]. [N 96B (1989)] III-3-3
gebeden gebeden: gebaeje (Geulle) De gebeden meervoud. [N 96B (1989)] III-3-3
gebedsweek bedeweek: baewaek (Geulle) Een gebedsweek. [N 96B (1989)] III-3-3
gebit gebit: gaaf gebeet (Geulle) Een gaaf gebit, het gebit van de oude man is nog heelemaal gaaf. [DC 14 (1946)] III-1-1
gebluste kalk geleste kalk: gǝlęs˱dǝ kalǝk (Geulle), poederkalk: pujǝrkalǝk (Geulle) Ongebluste kalk die met water is aangelengd. Zie ook het lemma 'Kalk blussen'. Gebluste kalk wordt gebruikt bij de bereiding van mortel. Woordtypen als 'stubkalk', 'poederkalk', 'poeder' en 'zakjeskalk' verwijzen naar schelpkalk die direct na het branden droog geblust wordt en in poedervorm op de bouwplaats wordt aangeleverd. [N 30, 30a; N 30, 30b; N 30, 30c; N 30, 32f; monogr.] II-9
geboorte aanzet: ānzat (Geulle) De plaats waar de boog aan weerszijden tegen de rest van het metselwerk rust. De stenen in de muur moeten hier, om aansluiting te geven, behakt worden. In Q 121 spreekt men dan van 'geschoren stenen' ('jǝšōrǝ štęŋ'). Volgens de invuller uit Q 97 telt een poortboog altijd een oneven aantal stenen. [N 32, 19a; monogr.] II-9
geboortefeest kindjeskoffie: kiendjeskoffie (Geulle) Het feestje ter ere van de geboorte van een kind [sol, kinderfooi, pastellenhuisje, kindjeskermis, kindjeskoffie, gebuurkoffie, snee(i)]. [N 88 (1982)] III-3-2