| 34418 |
leverbotziekte, distomatose |
wrat:
vrot (P175p Gingelom)
|
Leverbotziekte, veroorzaakt door een platworm die leeft in de galgangen van de lever, vooral van runderen en schapen. [N 52, 31; N 19, 69; N 77, 64; A 48, 46; A 32, 15b]
I-12
|
| 21002 |
leverpastei |
pat:
pəteͅi (P175p Gingelom)
|
leverpastei [Goossens 1b (1960)]
III-2-3
|
| 20514 |
leverworst |
leverpens:
leverpens (P175p Gingelom),
witte pens:
wetəpɛns (P175p Gingelom)
|
leverworst [Goossens 1b (1960)], [ZND 21 (1936)]
III-2-3
|
| 17540 |
lichaam |
corpus (lat.):
koͅrpəs (P175p Gingelom),
lijf:
leͅif (P175p Gingelom),
leͅəf (P175p Gingelom)
|
lichaam [N 10 (1961)]
III-1-1
|
| 17971 |
lichaamskracht |
macht:
maxt (P175p Gingelom, ...
P175p Gingelom,
P175p Gingelom,
P175p Gingelom),
sterkte:
steͅərktə (P175p Gingelom, ...
P175p Gingelom)
|
lichaamskracht (kracht die een zieke geleidelijk verspeelt) [macht, maacht] [N 10 (1961)]
III-1-2, III-1-4
|
| 33677 |
lichte klei |
zavel:
zǭvǝl (P175p Gingelom),
zavelgrond:
zǭvǝlxront (P175p Gingelom)
|
Grondsoort die bestaat uit zand en klei. Zavel is lichte klei waarin het zandgehalte 60 tot 80% kan zijn. [N 27, 43; N 27, 41]
I-8
|
| 17656 |
lidmaat, ledematen |
lid, leden:
let (P175p Gingelom),
lidmaat, ledematen:
lĭtmoət (P175p Gingelom)
|
ledematen, lidmaat [N 10 (1961)]
III-1-1
|
| 22750 |
lied, liedje |
liedje:
li.kə (P175p Gingelom)
|
liedje [RND]
III-3-2
|
| 19085 |
liegen |
liegen:
liegen (P175p Gingelom)
|
liegen [ZND 25 (1937)]
III-3-1
|
| 17647 |
lies |
lies:
lii̯s (P175p Gingelom),
lis (P175p Gingelom),
līəs (P175p Gingelom),
liest:
list (P175p Gingelom)
|
De twee huidplooien die de grens vormen tussen het onderste gedeelte van de buik en het bovenste gedeelte van het been. Zie afbeelding 2.28. [JG lb; N 8, 32.10] || Het vel of vlies rond een windei. [JG 1b, 1c, 2c] || lies, liezen [den dunne, lieze, lieses] [N 10 (1961)]
I-12, I-9, III-1-1
|