21907 |
duif uit het eerste nest van het jaar |
pieper:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook aantekening van de invuller, op de laatste pagina!
piepər (L326p Grathem)
|
Hoe heet een duif uit het eerste nest van het jaar? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
21909 |
duif uit het laatste nest van het jaar |
late pieper:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook aantekening van de invuller, op de laatste pagina!
lààtə piepər (L326p Grathem)
|
Hoe heet een duif uit het laatste nest van het jaar? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
21908 |
duif uit het tweede nest van het jaar |
jaarling:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook aantekening van de invuller, op de laatste pagina!
jèùrling (L326p Grathem)
|
Hoe heet een duif uit het tweede nest van het jaar? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
21932 |
duif zeer donker met weinig kleurschakeringen |
zwarte, een -:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook aantekening van de invuller, op de laatste pagina!
zwartə (L326p Grathem)
|
Hoe noemt men een duif zeer donker met weinig kleurschakeringen (zwart)? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
24139 |
duif, algemeen |
duif:
doef (L326p Grathem)
|
duif
III-4-1
|
32259 |
duig |
druif:
drūf (L326p Grathem)
|
Elk van de gebogen platte stukken hout waaruit de wand van een kuip, ton of vat is samengesteld. Zie ook afb. 207. Volgens een invuller uit Tegelen (L 270) gebruikte de kuiper uit die plaats de benaming staaf (štāf) om een rechte duig aan te duiden. Een gebogen duig werd een duig (dø̜jx) genoemd. In het algemene spraakgebruik was echter het woord druif (drūf) gangbaar. [N E, 10; monogr.]
II-12
|
21171 |
duiker |
duiker:
duu.kər (L326p Grathem)
|
de waterdoorgang onder een weg (duiker, heul, geul, schoor) [N 90 (1982)]
III-3-1
|
25279 |
duim, maat van 2,5 cm |
duim:
doe.m (L326p Grathem)
|
de maat die een lengte van 2 1/2 cm aangeeft [duim] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
18689 |
duimeling |
duimeling:
duumelimg (L326p Grathem)
|
hoesje of deel van handschoen dat ter beschermin van een gekwetste vinger wordt geschoven en aan de pols wordt vastgemaakt [sluif, sleuf, duimeling] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
21992 |
duiven inkorven |
inkorven:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: zie ook aantekening van de invuller, op de laatste pagina!
inkörvə (L326p Grathem)
|
Hoe heet het in de reismand stoppen van de duif in het duivelokaal? [N 93 (1983)]
III-3-2
|