e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Grathem

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
pet: algemeen muts: möts (Grathem, ... ) Hoe noemt men de pet, die bij het werk gedragen wordt? Welken vorm heeft deze? Indien geen pet, maar een muts door de mannen wordt gedragen, hoe noemt men deze dan? Welken vorm heeft ze? [DC 09 (1940)] || pet, hoofddeksel met een klep [kips, patsj, klak, koetsj, paaj, flet, kap, klep, muts, luif] [N 25 (1964)] III-1-3
petroleumlamp pètroles-lucht: petrolslucht (Grathem) lamp/ luchter; inventarisatie soorten en gebruiksmogelijkheden; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] III-2-1
peulerwten peultjes: WLD  peultjəs (Grathem) De peulerwt; soort van erwt waarbij de hele vrucht gegeten wordt, ook de schil (sluimerwt, hauw(ke), peul, suikererwt, blie-erwt). [N 82 (1981)] I-7
piepen sjielperen: šelpǝrǝ (Grathem) Geluid voortbrengen, gezegd van een jonge kip. [N 19, 48; monogr.] I-12
pijn pijn: pien (Grathem) mijn voeten doen mij erg zeer [DC 03 (1934)] III-1-2
pimpelmees bijenmus: bienmös (Grathem), koolmus: koeoolmös (Grathem) Hoe heet de pimpelmees? [DC 06 (1938)] III-4-1
pink slachtkalf: slaxtkǭf (Grathem) Eénjarig kalf, onverschillig van welk geslacht, dat nog alle melktanden heeft. [N C, 9b en 8; monogr.; add. uit N 3A, 15 en 20] I-11
pint, maat van 0,5 liter halve liter: halvəlie.tər (Grathem) de maat die een inhoud aangeeft van 0,5 liter [snelleke, pint, schopje, schep, wup, leers] [N 91 (1982)] III-4-4
pioen kerkwas: ook ZND 1 (a-m) en ZND 1u, 007  kirkwas (Grathem) I-7
pissebed stekelvarken: oniscus asellus/oniscus murarius (=ZND 18)  stekelverke (Grathem) pissebed, keldermot [GV K (1935)] III-4-2