27061 |
in hopen staan van de zwarte turf |
in bulten staan:
en bøltǝ stǭ (L244b Griendtsveen),
in vimmen staan:
en vimǝ stǭ (L244b Griendtsveen)
|
[II, 85b]
II-4
|
27044 |
in klampen zetten |
in klampen zetten:
en klampǝ zetǝ (L244b Griendtsveen)
|
Het zetten van klampen doet men vooral bij het omringen. [II, 82b]
II-4
|
26816 |
in ringen zetten |
op ring zetten:
op reŋ zɛtǝn (L244b Griendtsveen)
|
De turf op ringen zetten geschiedt bij het steken voor eigen gebruik minder dan bij de georganiseerde turfwinning. [I, 81]
II-4
|
27030 |
in stuiken zetten |
stuiken:
stukǝ (L244b Griendtsveen)
|
Het plaatsen van de turven in kleine turfhoopjes. [II, 84b]
II-4
|
26785 |
inkuilen |
inkuilen:
inkø̜̄lǝn (L244b Griendtsveen)
|
De aardappelen worden met de slagkar van het veld naar de boerderij vervoerd en daar op een droge plaats voorlopig opgeslagen om uit te wasemen. Vroeger gebeurde dit in de kelder onder de bakoven (zie aflevering I.6 over de bedrijfsgebouwen van de boerderij). Tegen de winter worden de aardappelen ingekuild, dat wil zeggen in een aardappelkuil of -groeve gestort. De algemene benamingen voor deze handeling staan in dit lemma bijeen. Zie verder het lemma Aardappelkuil, -Groef. [N 12, 28; JG 1a, 1b; S 16; monogr.; add. uit N 12, 29; L 1, a-m; S 19]
I-5
|
18996 |
jaloers |
jaloers:
zjaloers (L244b Griendtsveen)
|
jaloersch [SGV (1914)]
III-1-4
|
21047 |
kaam |
kaam/kamen:
kǭm (L244b Griendtsveen)
|
Het wit gerimpeld of vlokkig vlies op wijn, bier, azijn, etc. dat wordt gevormd door een spruit- of gistzwam. [S 16; L 1 a-m; L 27, 53; monogr.]
II-2
|
20802 |
kaas |
kaas:
kês (L244b Griendtsveen)
|
kaas [SGV (1914)]
III-2-3
|
30247 |
kalf |
kalf:
(mv)
kalvǝr (L244b Griendtsveen)
|
Jong rund, niet naar het geslacht onderscheiden. Zie afbeelding 3. Op de kaart is het woordtype kalf niet opgenomen. [N 3A, 15 en 20; JG 1a, 1b; Gwn V, 5, 5a en 5b; L 27, 56; R 12, 24; Wi 17; monogr.; add. uit N 3A, 4, 26a, 75a, 75b en 76; N C, 6, 7a, 7b, 8, 9a en 14b; A 9, 17a en17b; S 14]
I-11
|
18838 |
kalm, bedaard |
bezadigd:
bezoadigd (L244b Griendtsveen)
|
bezadigd [SGV (1914)]
III-1-4
|