e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Griendtsveen

Overzicht

Gevonden: 680
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
knoop knoop: knōōəp (Griendtsveen), knōōəpe (Griendtsveen), knōǝp (Griendtsveen) knoop [SGV (1914)] || knoopen (mv.) [SGV (1914)] || Plat, rond schijfje of min of meer bolvormig voorwerpje van been, hout, metaal enz., dat aan kleding of andere gebruiksvoorwerpen wordt genaaid, hetzij als een middel om ze te doen sluiten of met een deel van hetzelfde of met een ander stuk te verbinden. [N 59, 135; N 62, 65a; Gi 1.IV, 48; Wi 5; S 18; MW; monogr.] II-7, III-1-3
knuppel, knots kluppel: klippel (Griendtsveen) knuppel [SGV (1914)] III-1-2
koe koe: kui̯ (Griendtsveen) Volwassen vrouwelijk rund, in de regel een rund dat één of meerdere keren gekalfd heeft. Zie afbeelding 5. Op de kaart is het woordtype koe niet opgenomen. [JG 1a, 1b; A 3, 37; A 4, 11; Gwn V, 2a; L 1a-m; L 4, 37; L 5, 27b; L 7, 61b; L 14, 26 en 88; L 20, 11; L 27, 5 en 57; L 29, 44; L 38, 44; L 40, 21b; L 44, 16, 21a en 39; R 12, 29; R (s] I-11
kom van de wijk kom: kom (Griendtsveen), splitting: spleteŋ (Griendtsveen) Verbreding in de wijk. Hier kunnen de schepen elkaar passeren. [II, add.] II-4
kookkachel, fornuis fornuis: foͅrnø͂ͅs (Griendtsveen) fornuis [SGV (1914)] III-2-1
koopwaar waar: goej woar (Griendtsveen) waar (goede ~) [SGV (1914)] III-3-1
koorts koorts: kŏŏrts (Griendtsveen) koorts [SGV (1914)] III-1-2
kop van een hoop kop van de bult: kop van de bølt (Griendtsveen) Top van een hoop. [II, add.] II-4
koppen koppen: kopǝ (Griendtsveen) De breedte van de turf snijden. [II, 38c] II-4
kopturf kopturf: koptørf (Griendtsveen) Turf die ligt in de breedterichting van een stapel. Tezamen met één scheerturf vormen twee kopturven telkens een basis voor het opbouwen van een ring. [II, 80e] II-4