e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Griendtsveen

Overzicht

Gevonden: 680
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
prutser sukkelaar: sukkelèr (Griendtsveen) sukkelaar [SGV (1914)] III-1-4
put van een wijk put: pøt (Griendtsveen) Bij het graven van een wijk wordt deze verdeeld in putten. De lengte van zo''n put kan vari√´ren van 20 tot 80 m, terwijl de breedte 4,5 of 6 m kan zijn. [II, 23] II-4
putgalg putmik: overgezet naar lemma putgalg (JK)  pøtmek (Griendtsveen) [SGV (1914)] I-7
putgeld potgeld: pøtgɛlt (Griendtsveen) Een soort spaarregeling. Op het einde van het stookseizoen krijgt de arbeider putgeld. Dit is met St. Petrus en Paulus op 29 juni. Als men door het seizoen heen bijvoorbeeld honderd stok per week steekt, betaalt men slechts tachtig uit. Het restant wordt opgespaard tot het einde van het seizoen. Van eventueel stukgemaakt gereedschap worden de kosten van reparatie of vervanging van het gespaarde geld afgetrokken. [II, 12] II-4
putgeld beuren gereedschap inleveren: gǝretsxap enlēvǝrǝ (Griendtsveen), putgeld beuren: pøtgɛlt bø̄rǝ (Griendtsveen) In de Peel wordt op 29 juni het putgeld uitbetaald. [II, add.] II-4
raad raad: road (Griendtsveen) raad [SGV (1914)] III-1-4
raai grebben: grębǝ (Griendtsveen), raai: rāj (Griendtsveen) Hoofdafvoersloot. Op een afstand van tweehonderd meter van elkaar worden de raaien gegraven. [11, 18c] II-4
rad van de veenkruiwagen rad: rat (Griendtsveen) [II, 70d] II-4
raden raden: roaje (Griendtsveen) raden (ww.) [SGV (1914)] III-1-4
rafelen rafelen: reffele (Griendtsveen), reffelen: rɛfǝlǝ (Griendtsveen) rafelen [SGV (1914)] || Uitvezelen van stof. [N 59, 188; N 62, 45a; MW; S 29; monogr.] II-7, III-1-3