20116 |
turfmolm |
bonksel:
boŋksǝl (L244b Griendtsveen),
mul:
mul (L244b Griendtsveen),
møl (L244b Griendtsveen)
|
[SGV (1914)]Afval van turf, losse rommel, boomaarde. In dit lemma zijn de opgaven van de enquête S samengevoegd met de opgaven van de enquêtevraag I, 32. Men moet wel beseffen dat hierdoor verschillende soorten molm aangeduid kunnen worden. Maar in beide enquêtes werd duidelijk gevraagd naar de "turfmolm"; vandaar dat beide vragen hier verwerkt zijn. [I, 32; S 24]
I-7, II-4
|
27071 |
turfschip |
turfschip:
tø̜rǝfsxep (L244b Griendtsveen)
|
Turfschip in het algemeen. [II, 92a]
II-4
|
26831 |
turfschuurtje |
turfschop:
tø̜rǝfsxop (L244b Griendtsveen)
|
Turfschuur of turfschop bestemd voor de berging van turf. Uit de vraag N 5AII, 80b "Hoe noemt u het gebouwtje, afdak of hok voor brand-hout of turf"? zijn in dit lemma die antwoorden verwerkt die speciaal duiden op een turfschop. [monogr.]
II-4
|
26795 |
turfspa |
turfspa(de):
tø̜rǝfspāj (L244b Griendtsveen)
|
Afhankelijk van de plaats de gebruikelijke schop om turf te steken. In het algemeen een schop met een blad zo breed als een turf breed is en lang als een turf lang is of kan zijn. [N 18, 17; I, 55; monogr.]
II-4
|
27050 |
turfstapel |
turfbult:
tø̜rǝfbølt (L244b Griendtsveen)
|
Grote turfbult of turfmijt. [II, 84c]
II-4
|
26721 |
turfsteken |
turfgraven:
tø̜rǝf grāvǝ (L244b Griendtsveen)
|
De algemene benaming voor het winnen van turf voor eigen gebruik. [I, 12; I, 14; N 27, 1]
II-4
|
26695 |
turfsteken voor eigen gebruik |
boerenpeel:
būrǝpel (L244b Griendtsveen),
voor eigen brandstof steken:
vør ęjgǝ brantstof stē̜kǝ (L244b Griendtsveen)
|
De boer of kleingebruiker steekt jaarlijks een hoeveelheid turf die hij nodig heeft voor de winter. Het steken voor eigen gebruik is de oudste manier van vervenen. [I, 12]
II-4
|
27098 |
turfstrooisel |
turfstrouwsel:
tø̜rǝfstrǫwsǝl (L244b Griendtsveen)
|
Turfmolm, fijngemaakt bonk- of grauwveen. [II, 114a]
II-4
|
27104 |
turfstrooiselfabriek |
turfstrooiselfabriek:
tø̜rǝfstrōjsǝlfǝbrik (L244b Griendtsveen)
|
Veel grauwveen wordt in de turfstrooiselfabriek tot turfstrooisel verwerkt. [II, 114b]
II-4
|
27073 |
turftjalk |
tjalkje:
tjalkskǝ (L244b Griendtsveen)
|
Een bepaald turfschip. [II, 92c]
II-4
|