e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q193p plaats=Gronsveld

Overzicht

Gevonden: 4947
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
druppel druppel: ⁄n dröppel (Gronsveld) druppel water [dröp, dröppel] [N 07 (1961)] III-4-4
dubbel gezwad dobbel gemad: dǫbǝl [gemad] (Gronsveld) De dubbele reep gras die ontstaat als men eenmaal heen maait, omdraait, en vlak daarnaast weer eenmaal terug over het veld maait, zodat er twee regels gemaaid gras tegen elkaar aan komen liggen. Zie voor de fonetische documentatie van de woorden tussen vierkante haken het lemma ''gezwad, regel gemaaid gras''. [N 14, 94] I-3
dubbel sierhek barrier: brēr (Gronsveld) Dubbel sierhek dat toegang geeft tot een boerenhofstee of buitenplaats. [A 25, 5f; L 19B, 6] I-8
dubbele lijn dobbele lijn: dǫbǝl lęi̯n (Gronsveld) Lijn die aan weerszijden aan het bit bevestigd is en tot aan de hand van de voerman dubbel is. Opgaven die niet specifiek naar een dubbele lijn verwezen (m.n. de woordtypes paardslijn, rijlijn, lijn, lijnt, lei, leis, leist, leidsel en guide), werden opgenomen onder het overkoepelende lemma Teugel. [N 13, 30 en 34] I-10
dubbele pik dubbele bikkel: dø̜bǝlǝ bekǝl (Gronsveld) Houwwerktuig met korte steel en twee in een punt uitlopende armen. Zie ook afb. 14b. [N 30, 19b; monogr.] II-9
dubbele toegangspoort van een gesloten erf poort: [poort] (Gronsveld) De uit twee helften bestaande poort, die toegang geeft tot een door het woonhuis en de bedrijfsgebouwen omgeven binnenplaats. Zie ook het lemma "schuurpoort" (3.1.2). Zie voor de fonetische documentatie van het woord (poort) het lemma "poort" (4.1.1). Zie ook afbeelding 18 bij het lemma "poort" (4.1.1). [N 5A, 77b; monogr.] I-6
dubbeltje dubbeltje: ’n dubbelsje (Gronsveld) dubbeltje, een ~ [N 21 (1963)] III-3-1
duidelijk duidelijk: dudelik (Gronsveld) duidelijk III-1-4
duif (alg.) duif: doûf (Gronsveld), en do(oe)f (Gronsveld) 1. Duif. || duif [GTRP (1980-1995)] III-3-2
duif met effen grijs-blauw vederkleed blauwe, een -: bloûwe (Gronsveld) 3. Lichtblauw gekleurde duif. III-3-2