25242 |
andere soorten sneeuw |
fiezel:
opgave goed gelezen (JK)
viézel (Q193p Gronsveld)
|
verschillende soorten sneeuw [spuwsneeuw, watersneeuw] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
22708 |
andere voorwerpen in bikkelspel |
{z. toel.}:
met spelden
z. toel. (Q193p Gronsveld)
|
Wordt (werd) een dergelijk spel wel gespeeld, maar met andere voorwerpen? [N R (1968)]
III-3-2
|
20656 |
andijvie |
andijvie:
andiévie (Q193p Gronsveld)
|
andijvie
I-7
|
24403 |
angel van bij of wesp |
angel:
Gronsveld Wb
angel (Q193p Gronsveld)
|
Hoe noemt u het orgaan waarmee bijen en wespen steken (angel) [N 83 (1981)]
III-4-2
|
19312 |
angst |
angst:
angs (Q193p Gronsveld, ...
Q193p Gronsveld),
schrik:
sjrik (Q193p Gronsveld)
|
angst || het gevoel van beklemming en vrees, veroorzaakt door een [wezenlijk of vermeend] dreigend onheil of gevaar [angst, schijt, schrik] [N 85 (1981)] || schrik
III-1-4
|
33621 |
anjelier |
groffiaat:
groffijaat (Q193p Gronsveld)
|
[DC 17 (1949)]
I-7
|
19819 |
anjer, anjelier (dianthus caryophyllus l.) |
groffiaat:
groffiejaot (Q193p Gronsveld),
-
groffijaot (Q193p Gronsveld)
|
anjer || tuinanjer [DC 17 (1949)]
III-2-1
|
21251 |
anker |
anker:
āŋkǝr (Q193p Gronsveld)
|
Stuk ijzer dat wordt gebruikt om muren, vloeren, gordingen etc. met elkaar te verbinden. Het is gewoonlijk samengesteld uit een schieter en een veer. De schieter vormt het metalen onderdeel aan de buitenzijde van de muur en bestaat uit een metalen staaf die in het midden een nok heeft. De veer brengt de verbinding tussen schieter en muur of vloer tot stand. Schieter en veer kunnen met behulp van één of meer spieën aan elkaar worden bevestigd. Zie ook afb. 72. De woordtypen 'strijkanker', 'trekanker' en 'strekanker' worden specifiek gebruikt voor een anker waarvan de veer in de dwarsrichting over twee of drie balken ligt. Het dient om muren te verankeren die evenwijdig lopen met de balklaag. [N 31, 38; N 4A, 51b; N 54, 123b; N 54, 124a; N 54, 126; monogr.]
II-9
|
21829 |
antwoorden |
antwoorden:
aantwoerde (Q193p Gronsveld)
|
ten antwoord geven [antwoorden, anderen] [N 87 (1981)]
III-3-1
|
33488 |
appel, overige soorten |
appel:
appel (Q193p Gronsveld),
charlamowski:
niet meer geteeld; oorspr. Charlamowski
sjarlemoûske (Q193p Gronsveld),
court-pendu (fr.):
met korte steel
korepen’du (Q193p Gronsveld),
franse zure:
fraanse zore (Q193p Gronsveld),
gronsvelder klompje:
groeselder kleumpke (Q193p Gronsveld),
josef msch (du.):
oorspr. Josef Mösch
mösj (Q193p Gronsveld),
kannenklits:
zeer kleine appel
kanneklits (Q193p Gronsveld),
posson (wa.):
nier mer geteeld
’possoûng (Q193p Gronsveld),
ramboers:
veroud.
raomboers (Q193p Gronsveld),
snijappel:
yellow transparant
sjnieappel (Q193p Gronsveld),
val:
vaal (Q193p Gronsveld),
wolfrivver:
veroud. zonder specific.
wolfrivvers (Q193p Gronsveld)
|
appel || appel, soort || valappels
I-7
|