33250 |
loof van de bieten afplukken |
bladen:
blǭi̯ǝ (Q193p Gronsveld)
|
Als de bieten uit de grond getrokken zijn, worden ze op rijen gelegd en worden de bladeren van de knollen afgesneden of afgeplukt. Bij mechanisch rooien gebeurt het wel dat het loof wordt afgesneden als de bieten nog in de grond staan. [N 12, 48; monogr.]
I-5
|
21686 |
loon |
loon:
loen (Q193p Gronsveld),
salaris:
salaris (Q193p Gronsveld),
traktement:
traktement (Q193p Gronsveld)
|
loon, wat men verdient [N 21 (1963)]
III-3-1
|
25604 |
loonbakken |
bijbakken:
bibakǝn (Q193p Gronsveld),
loonbakken:
lunbakǝn (Q193p Gronsveld)
|
Het bakken van deeg dat door de mensen bij de bakker wordt gebracht. De bakker krijgt hiervoor een vergoeding. Volgens de informant van L 291 brachten de boeren en burgers hun gemengd deeg naar de bakker. Dit was zeer lastig spul, omdat de samenstelling verschilde en de rijsgraad eveneens. Dikwijls sloeg het in de oven neer. [N 29, 98]
II-1
|
20132 |
loops |
loops:
luipsj (Q193p Gronsveld),
løͅi̯pš (Q193p Gronsveld, ...
Q193p Gronsveld)
|
konijn, geslachtsdrift vertonend [N 19 (1963)] || loops, geslachtsdriftig ve teef [N 19 (1963)], [N C (1962)]
III-2-1
|
24678 |
loot, nieuw uitgelopen twijgje |
scheut:
ideosyncr.
sjuüt (Q193p Gronsveld)
|
Een nieuw uitgelopen twijgje (spraon, scheut, schot, lot). [N 82 (1981)]
III-4-3
|
17817 |
lopen |
lopen:
loupe (Q193p Gronsveld)
|
lopen, gaan; inventarisatie uitdrukkingen; betekenis/uitspraak [N 10 (1961)]
III-1-2
|
34545 |
lopen, gezegd van eenden |
waggelen:
waqǝlǝ (Q193p Gronsveld)
|
[N 70, 2; monogr.]
I-12
|
19500 |
loper |
loper:
loper (Q193p Gronsveld),
lø̄pǝr (Q193p Gronsveld)
|
De bovenste, draaiende molensteen. De loper had in Q 99 drie soorten kerven, de ligger daarentegen maar één. Zie ook het lemma ɛscherpselɛ.' [N O, 17c; A 42A, 31; N D, 7; Sche 47; Vds 85; Jan 121; Coe 98; Grof 117; monogr.]
II-3
|
24674 |
lork |
den:
ideosyncr.
dèn (Q193p Gronsveld)
|
De lariks (die s winters zijn naalden verliest) (lariks, lork, laris, lurk). [N 82 (1981)]
III-4-3
|
18697 |
losse linnen halsboord |
boordje:
beudsje (Q193p Gronsveld)
|
halsboord, losse linnen ~ [beurdje, hemdsband] [N 23 (1964)]
III-1-3
|