e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Gronsveld

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
parfum parfum: (de u van bijv. zus).  parfum (Gronsveld) reukstof in geconcentreerde vorm [parfum, odeur] [N 86 (1981)] III-1-3
pas uit het ei gekomen kipje kuikje: kykskǝ (Gronsveld) [N 19, 40b] I-12
pasgeboren kalf kalf: [kalf] (Gronsveld), nuchter kalf: nø̄xtǝr [kalf] (Gronsveld) [N 3A, 15 en 20; N C, 6; JG 1a, 1b; monogr.] I-11
passen passen: passe (Gronsveld) nauwkeurig sluiten, goed staan, gezegd van kleding [passen] [N 86 (1981)] III-1-3
pasteitje vid-tje: vie-deke (Gronsveld), viedeeke (Gronsveld) Klein pasteitje, de niet gevulde vorm van deeg (viedeeke?) [N 16 (1962)] || pasteitje III-2-3
pastinaak pasternakel: pasternäokel (Gronsveld), ideosyncr.  pasternäokel (Gronsveld) De pastinaak, de vlezige wortel van de plant met dezelfde naam, die een aromatische smaak heeft (pastenaak, pannenakkerstrung). [N 82 (1981)] || pastinaak, witte peen I-7
pastoor pastoor (<lat.): pəsjtu.ər (Gronsveld) pastoor [RND] III-3-3
patates frites frieten: fritte (Gronsveld), patat frites: petat frits (Gronsveld) frites || Patates frites (friet, petat?) [N 16 (1962)] III-2-3
pater pater (lat.): poͅ.tər (Gronsveld) pater [RND] III-3-3
patrijs patrijs: petrijs (Gronsveld), petrys (Gronsveld) patrijs || patrijs (30 overal in troepen op akkers; bruin hoefijzer op de buik; jachtvogel [N 09 (1961)] III-4-1