e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Gruitrode

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kraamverzorgster verpleegster: verpleegster (Gruitrode) Moderne, niet gediplomeerde verpleegster; benaming voor de vrouw die gedurende een aantal dagen na de bevalling moeder en kind verzorgd? [ZND 46 (1946)] III-2-2
kraan van de metalen gierton kraan: krān (Gruitrode) De kraan van de zinken gierton bestaat uit een korte, met een schuif of klep te sluiten buis, die van achteren voorzien is van of zich voortzet in een schuine of opgebogen lip of plaat. Als de kraan geopend is, stroomt de gier uit de ton tegen deze lip op waardoor zij zich in een wijde boog verspreidt. De in dit lemma opgenomen termen hebben achtereenvolgens betrekking op de kraan, het sluitstuk als geheel, het gierverspreidend onderdeel daarvan en de schuif of klep waarmee de kraan geopend en gesloten wordt. [JG 1a + 1b; N P, 6; N 11A, 54c; monogr.] I-1
kraanvogel kroenekraan: krunekrane (mv.) (Gruitrode) kraanvogel III-4-1
krabber ijzeren borstel: izǝrǝ borstǝl (Gruitrode) Een meestal kegelvormig metalen werktuig met scherpe onderrand waarmee men de geweekte varkensharen verwijdert. Aan de bovenkant van de krabber bevindt zich een haak waarmee men de na het krabben achtergebleven lange haren uittrekt of de nagels afrukt. Omdat men een krabber vaak zelf maakt of laat maken van restanten van ander, niet meer bruikbaar gereedschap (bv. het blad van een schoffel) komen allerlei vormen voor. Voor het mes waarmee men de geweekte ha-ren en opperhuid van het varken verwijdert zie men het lemma ''mes''. Zie afb. 6. [N 28, 28a; N 28, 36; monogr.] II-1
kramer kramer: gaat met garen, stopnaalden e.d. van deur tot deur  kriemer (Gruitrode) Kramer. [ZND 36 (1941)] III-3-1
krant gazet (<fr.): gezet (Gruitrode) krant [ZND 17 (1935)] III-3-1
kreeft kreeft: ook in ZND 28, 048  kreeft (Gruitrode) kreeft [ZND 01 (1922)] III-2-3
krekel krekel: krekel (Gruitrode) krekel [ZND 01 (1922)] III-4-2
krentenbrood krentenmik: Syst. Frings vrl.  krɛ̄ntəmek (Gruitrode), verzamelfiche ook mat. van ZND 1 (a-m)  krentenmik (Gruitrode) krentenbrood [ZND 28 (1938)] || Krentenbrood (krintemik, kramiek, beezenbrood, rezienemik, lippert, pruukesweg?) [N 16 (1962)] III-2-3
kreukelen zich trekken: det trekt zich (Gruitrode) Hoe noemt men het wanneer een kleed dat niet past, zich in plooien zet ? [ZND 32 (1939)] III-1-3