21908 |
duif uit het tweede nest van het jaar |
zomerjong:
Algemene opmerking: deze vragenlijst is nogal slecht (= weinig antwoorden) ingevuld!
zomerjonk (L366p Gruitrode)
|
Hoe heet een duif uit het tweede nest van het jaar? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
24139 |
duif, algemeen |
duif:
doef (L366p Gruitrode),
duf (L366p Gruitrode),
dûf (L366p Gruitrode)
|
duif [ZND 01 (1922)], [ZND 08 (1925)]
III-4-1
|
22787 |
duiken |
duiken:
doeke (L366p Gruitrode)
|
In het water duiken. [ZND 33 (1940)]
III-3-2
|
24921 |
duin |
zandberg:
zàndbérg (L366p Gruitrode)
|
duin, heuvel van zand [zandklip, zandbult, blink] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
21971 |
duiven inzetten |
korven:
Algemene opmerking: deze vragenlijst is nogal slecht (= weinig antwoorden) ingevuld!
keurven (L366p Gruitrode)
|
Hoe heet het inzetten van duiven in wedstrijden? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
22098 |
duiven keuren |
inspecteren:
Algemene opmerking: deze vragenlijst is nogal slecht (= weinig antwoorden) ingevuld!
inspektëren (L366p Gruitrode)
|
de duif keuren in het hok om over de deelneming aan een vlucht te beslissen? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
22113 |
duiven terugbrengen |
terugbrengen:
Algemene opmerking: deze vragenlijst is nogal slecht (= weinig antwoorden) ingevuld!
terugbrengen (L366p Gruitrode)
|
de duiven terugbrengen? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
21965 |
duivenhok |
duivenkooi:
dui.vəkūii (L366p Gruitrode),
duivenkoej (L366p Gruitrode),
duvǝkui̯ (L366p Gruitrode),
dűvǝkű̄i̯ (L366p Gruitrode),
duivenspijker:
duivespieker (L366p Gruitrode),
duvǝspikǝr (L366p Gruitrode),
spijker:
spi.kər? (L366p Gruitrode),
spikǝr (L366p Gruitrode)
|
Duivenhok. [Goossens 1b (1960)] || Duiventil: a) duivenhok, b) duivenslag (buitendeel op het dak). [ZND 08 (1925)] || Hoe heten de standplaatsen van de verschillende huisdieren, namelijk het duivenhok? [ZND 38 (1942)] || Soms vindt men in de nok van de zolder een afgeschotte ruimte voor de duiven, die door een gat in de gevel of in het dak in en uit kunnen vliegen. Hier staan de benamingen voor het duivenhok, ongeacht de vorm van dat hok, bijeen. De termen slag en spijker in dit lemma hebben betrekking op de duivenkooi als geheel. Zie ook het lemma "duivenslag" (3.4.8). In kaart 51 zijn voor Belgisch Limburg alleen de mondeling verzamelde gegevens in kaart gebracht. Zie afbeelding 17. [JG 1a, 1b, 1c, 2c; A 10, 9k; L 8, 9a; L 38, 31; S 37; monogr. add. uit N 5A, 58c "til" en JG 2c; A 28, 14c "spijker]
I-6, III-3-2
|
22079 |
duivenhok op een zolder |
zolderkot:
Algemene opmerking: deze vragenlijst is nogal slecht (= weinig antwoorden) ingevuld!
zolderkot (L366p Gruitrode)
|
een duivenhok op een zolder? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
21993 |
duivenklok |
klok:
Algemene opmerking: deze vragenlijst is nogal slecht (= weinig antwoorden) ingevuld!
klok (L366p Gruitrode)
|
de klok van de speler? [N 93 (1983)]
III-3-2
|