e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q203p plaats=Gulpen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
het bakproces ten einde brengen bakken: (het brood is) gǝbakǝ (Gulpen) De baktijd, de tijd die nodig is om een goed gebakken brood te verkrijgen, is verschillend en afhankelijk van de oventemperatuur, van de grootte van het te bakken brood, van de bij de deegbereiding gebruikte grondstoffen (Schoep blz. 107). [N 29, 49] II-1
het behang insmeren insmeren: ešmē̜rǝ (Gulpen) Het behangselpapier met behulp van de papborstel met plaksel bestrijken. [N 67, 97a; monogr.] II-9
het doopwater wijden op paaszaterdag wijwater halen: wiewater haoële (Gulpen), wijwaterswijding: wiewatersieïng (Gulpen) Het gebruik om op Paaszaterdag het doopwater te wijden en wijwater te halen. [N 96C (1989)] III-3-3
het heilig hartbeeld laten introniseren het heilig hart laten introniseren (<fr.): t hellig hart laote intronisere (Gulpen), intronisatie (<fr.) van het heilig hartbeeld: de intronisatie van t hellig hart (Gulpen) Een beeld van het H.Hart in het huisgezin laten introniseren, d.w.z. plechtig een ereplaats geven, door een parochiegeestelijke, wanneer die op huisbezoek komt. [N 96B (1989)] III-3-3
het heilig oliesel ontvangen heilige olig krijgen: dr hellige aoëlig kriege (Gulpen) Het H. Oliesel ontvangen. [N 96D (1989)] III-3-3
het heilig oliesel toedienen heilige olig geven: dr hellige aoëlig geëve (Gulpen) Het H. Oliesel toedienen. [N 96D (1989)] III-3-3
het misboek omdragen het misboek omdragen: t mèsbook umdrage (Gulpen) Het misboek omdragen, van de epistel- naar de evangeliezijde van het altaar brengen. [N 96B (1989)] III-3-3
het orgel trappen de orgel treden: dr urregel trèè (Gulpen) Het orgel treden of trappen, de blaasbalg tredend met lucht vullen en gevuld houden. [N 96B (1989)] III-3-3
het ruggemerg doorsnijden of -steken nikken: nikǝ (Gulpen) Het ruggemerg doorsnijden of -steken, opdat het dier sneller doodgaat. [N 29, 38; N 28, 6; monogr.] II-1
het vlees in stukken snijden stukkeren: štøkǝrǝ (Gulpen) Als één der helften van het gekloofde dier verwerkt wordt, snijdt men deze eerst in enkele grote, wat handzamer stukken. [N 28, 98; monogr.] II-1