e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q203p plaats=Gulpen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
huisweide bleek: blèek (Gulpen) Onderhouden grasveld (bleek, gazon, gruis) [N 79 (1979)] I-7
huiszegen huiszegen: dr hoeszeëge (Gulpen) De Huiszegen, d.w.z. een ingelijste afbeelding van O.L. Heer aan het kruis, waaronder enkele gebeden, of een tekstplaat in sierschrift, waarop een gebed over huis en bewoners of een uit Rome ontvangen plaat waarop de afbeelding van de paus, vermelding van [N 96B (1989)] III-3-3
huiszegening driekoningenhuiszegen: dr driekönninge hoeszeëge (Gulpen) De huiszegening op Driekoningen of op Paaszaterdag. [N 96B (1989)] III-3-3
huiszwaluw huiszwalber: hoessjwelber (Gulpen) huiszwaluw (12,5 helemaal wit van onder; witte stuit; kleinest buiten tegen een woning of kerk [N 09 (1961)] III-4-1
huiveren huiveren: huuvere (Gulpen) huiveren [SGV (1914)] III-1-2
huiverig schuiverig: schoeverig (Gulpen) Ongevoelig worden van kou, gezegd van ledematen (killen). [N 84 (1981)] III-1-2
hul hul: Opm. betekenis meer: falie, voile.  höl (Gulpen) hul (kap) [SGV (1914)] III-1-3
hulp vragen <imp.> help mich: help mich get (Gulpen), hulp vragen: hulp vroage (Gulpen) iemand vragen te helpen [genaden] [N 85 (1981)] III-3-1
hulp, bijstand hulp: hulp (Gulpen, ... ) de ondersteuning die men iemand geeft om zijn werk af te maken [hulp, genade] [N 85 (1981)] III-1-4
hulst hulst: huls (Gulpen), Veldeke / eventueel aangevuld met systeem Jones  huls (Gulpen), WLD  hulst (Gulpen, ... ) De altijdgroene heester met stijve, stekelpuntige, glimmende bladeren, witte bloemen en rode bessen; hulst (heukel, velst, ulster, prikblad). [N 82 (1981)] III-4-3