e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q203p plaats=Gulpen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rins zurig: zurig (Gulpen), zuurachtig: zoerechtig (Gulpen) lichtelijk zuur smakend (rins, zurig) [N 91 (1982)] III-2-3
riool riool: riool (Gulpen, ... ) het stelsel van buizen en kanalen voor het afvoeren v an vuil water [riool, geul, grip] [N 90 (1982)] || riool [SGV (1914)] III-3-1
rit rit: rit (Gulpen, ... ), tocht: toch (Gulpen) de afstand afgelegd te paard, per fiets, per auto of op de schaats (tocht, rit) [N 90 (1982)] || rit [SGV (1914)] III-3-1
ritselen ritselen: rietsĕle (Gulpen), ritsele (Gulpen), ritselen (Gulpen) een zacht, onregelmatig, schuifelend, ruisend of krakend geluid geven [ritselen, rispelen, snirsen, krimmelen] [N 91 (1982)] || ritselen [SGV (1914)] III-4-4
robinia acacia: acacia (Gulpen), Veldeke / eventueel aangevuld met systeem Jones  accasia (Gulpen), WLD  akasia (Gulpen, ... ) De acacia; heeft 10-35 cm. grote varenachtige bladeren samengesteld uit deelblaadjes van 3-5 cm lengte; in het begin van de zomerdraagt de boom hangende bloemtrossen; de takken wijzen soms naar boven (acacia, asdoorn). [N 82 (1981)] III-4-3
rochelen rochelen: roggelle (Gulpen) rochelen [SGV (1914)] III-1-2
rochet rochet (fr.): t rochet (Gulpen) Het korte witte kleed over de misdienaarstoog [rochet, rökkele?]. [N 96B (1989)] III-3-3
rode aalbes miemelen: miemmel (Gulpen), De vrucht van een aalbessenstruik (bes, zembes, troskesbes, zeebes, bezing, aalbeer, miemer).  miemel (Gulpen, ... ), mimmel (Gulpen), Veldeke / eventueel aangevuld met systeem Jones De vrucht van een aalbessenstruik (bes, zembes, troskesbes, zeebes, bezing, aalbeer, miemer).  miemel (Gulpen), rode miemelen: mv: -e  roewe miemele (Gulpen) [DC 13 (1945)]aalbes [N 82 (1981)], [SGV (1914)] I-7
rode biet kroot: krōt (Gulpen), rode kroot: rūǝ krōt (Gulpen) Beta vulgaris L. var. rubra L. Deze bietensoort hoort eigenlijk onder de groenten uit de moestuin, en daardoor in de aflevering over de boerderij en het erf, maar is toch hier ondergebracht vanwege "lexicale nabijheid" met biet, kroot. De knollen met een doorsnee van 8-10 cm worden gekookt en warm of koud als salade gegeten. De knollen en het kookvocht hebben een felle donkerpaarse kleur. [A 4, 26d; A 13, 2a; A 49, 1b; L 20, 26d; monogr.] I-5
rode bieten rode kroten: rode karoot (Gulpen) rode bieten; Wanneer ze als groente voor het eten bestemd zijn en er wordt thuis gevraagd: "Wat eten we vandaag?"wat wordt er dan geantwoord? "We eten vandaag ............. [DC 49 (1974)] III-2-3