e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q203p plaats=Gulpen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
volwassen, volgroeid volwassen: volwasse (Gulpen) volwassen; volgroeid, de volle wasdom bereikt hebbend [volwassen, volslagen] [N 86 (1981)] III-2-2
vonk vonk: vonk (Gulpen) Brandend of gloeiend deeltje dat ergens afvliegt (kester, vonk, geinster, sprankel, kleister) [N 79 (1979)] III-2-1
voogd momber: mommer (Gulpen, ... ), voogd: voogd (Gulpen, ... ) iemand aan wie door de wet, de rechter of bij testament de taak is opgedragen om voor de belangen van de minderjarige kinderen te zorgen en hen te vertegenwoordigen i.p.v. de ouders [voogd, mommer, momber, mombaar, toeziender] [N 87 (1981)] || voogd [SGV (1914)] III-2-2
voor de gek houden kullen: kulle (Gulpen, ... ) op onschuldige of grappige wijze misleiden, voor de gek houden [foppen, kullen, vernachelen, verpieren, bekeukelen] [N 85 (1981)] III-1-4
vooraanstaande notabele: notabel (Gulpen), voorname mens: vurname miensch (Gulpen) een persoon van veel betekenis in een plaats [peris] [N 90 (1982)] III-3-1
voorbidden voorbeden: väörbèè (Gulpen) Voorbidden. [N 96B (1989)] III-3-3
voorde, doorwaadbare plaats ondiep: ondeep (Gulpen), oversteek: över steék (Gulpen), voorde: voaed (Gulpen) de plaats waar een weg door een beek of een riviertje gaat, de plaats waar die beek doorwaadbaar is (voorde, voord) [N 90 (1982)] || doorwaadbare plaats in een water [waaistap, gewad, doorsteek] [N 81 (1980)] III-4-4
voorgeborchte voorgeborchte: t vörgebörchte (Gulpen) Het voorgeborchte van de hel [vörgebörchte]. [N 96D (1989)] III-3-3
voorhamer voorhamer: vø̄rhāmǝr (Gulpen) Zware ijzeren hamer met een lange steel die wordt gebruikt om breuksteen stuk te slaan. Zie ook afb. 13. [N 30, 18c] II-9
voorhoofd voor de kop: vùr gunne kop (Gulpen), vər gənə kŏp (Gulpen), voorkop: veujerkòp (Gulpen) voorhoofd [DC 01 (1931)] III-1-1