34425 |
geheel afgeschoren wolvacht |
wol:
wø̜l (Q203p Gulpen)
|
De gehele vacht wol van het schaap, wanneer dit geschoren wordt. [N 38, 19; L 41, 37; monogr.]
I-12
|
23728 |
geheimen van de rozenkrans |
geheimen:
de gehèime, de blie, de druvvige, de glorievolle (Q203p Gulpen)
|
De geheimen van de Rozenkrans bestaande uit de blijde geheimen, de droevige geheimen en de glorierijke of glorievolle geheimen. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
18964 |
geheimzinnig |
geheim:
geheim (Q203p Gulpen),
geheimzinnig:
geheimzinnig (Q203p Gulpen)
|
een verborgen betekenis hebbend, in het geheim geschiedend [bekeinsd, geheimzin-nig] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
17621 |
gehemelte |
hemel:
hemel (Q203p Gulpen)
|
Hoe noemt men de bovenkant van de mondholte? ( Nederl. gehemelte, verhemelte). [DC 30 (1958)]
III-1-1
|
18803 |
geheugen |
gedachtenis:
gedechtenis (Q203p Gulpen),
geheugen:
geheuge (Q203p Gulpen),
memorie:
memorie (Q203p Gulpen, ...
Q203p Gulpen)
|
het vermogen om zich dingen te herinneren [geheugen, memorie] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
18900 |
gehoorzaam |
gehoorzaam:
gehoorzaam (Q203p Gulpen)
|
gewillig of bereidwillig bevelen of aanwijzingen opvolgend, vooral gezegd van kinderen in betrekking tot ouders [gehoorzaam, gewarig] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
19263 |
gehoorzamen |
luisteren:
loestere (Q203p Gulpen, ...
Q203p Gulpen,
Q203p Gulpen),
pareren:
WNT: pareeren (I), Uit lat. parêre, gehoorzamen, overgenomen in de rechtstaal en vandaar ook in ruimer gebruik. Van een bevel, eene opdracht enz. Het volvoeren, volbrengen, nakomen.
parere (Q203p Gulpen, ...
Q203p Gulpen)
|
een bevel opvolgen [pareren, luisteren, gehoorzamen] [N 85 (1981)] || gewillig of bereidwillig bevelen of aanwijzingen opvolgend, vooral gezegd van kinderen in betrekking tot ouders [gehoorzaam, gewarig] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
21317 |
gehucht |
gehucht:
gehuch (Q203p Gulpen),
gehucht (Q203p Gulpen, ...
Q203p Gulpen)
|
een klein dorpje zonder kerk [gehucht, bijval, uithoek] [N 90 (1982)] || gehucht [SGV (1914)]
III-3-1
|
17960 |
gehurkt zitten |
op de hukken zitten:
op `n huuke zitte (Q203p Gulpen)
|
hurken [SGV (1914)]
III-1-2
|
20461 |
geil, wellustig |
loops:
läöpsj (Q203p Gulpen)
|
geil, wellustig [N 10C (zj)]
III-2-2
|