e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Guttecoven

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
middellangeafstandsvlucht midfond: mid-fònd (Guttecoven) middellange afstandsvlucht (tussen 100 en 300 km)? [N 93 (1983)] III-3-2
middelste kegel koning: keuning (Guttecoven) De middelste kegel [paap, tulleman, sullepaap, kegeljan, negenman]. [N 88 (1982)] III-3-2
middenpad middenpad: middepaad (Guttecoven) De hoofdgang, de middengang van de kerk [middenpad?]. [N 96A (1989)] III-3-3
middenschip middenschip: middesjeep (Guttecoven) De hoofdruimte, de grote middelruimte van een kerkgebouw [schip, langschip, middenschip, middelsjeep?]. [N 96A (1989)] III-3-3
mier aamzeik: aomzeik (Guttecoven) mier [zeikdemp(el), -lem, -meik, -diem, -worm, -mier, moer-, muurzeiker, aomzeiksel, aomezeik] [N 26 (1964)] III-4-2
mierenei amezeikenei: aomzeike eij (Guttecoven) mierenei [zeekmoejerseike] [N 26 (1964)] III-4-2
mierenhoop aamzeikennest: aomzeike nés (Guttecoven) mierennest [zeekmoejersnest] [N 26 (1964)] III-4-2
mijt afdekken dekken: dękǝ (Guttecoven) De korenmijt van een dak voorzien. Zie de toelichting bij het lemma ''buitenstaande korenmijt'' (5.1.18). Bij besteken merkt Goossens in zijn materiaal op: "meer speciaal de grote band om de kop". [N 15, 45a; JG 1a, 1b, 2c; monogr.] I-4
mikken aanleggen: aanlèkkə (Guttecoven) scherp kijken naar en richten op het doel dat men wil raken met een vuurwapen [mikken, mieren, aanleggen] [N 90 (1982)] III-3-1
millimeter, maat, 1000ste deel van een meter millimeter: mielliemēēter (Guttecoven) het duizendste deel van een meter [millimeter, streep] [N 91 (1982)] III-4-4