e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Guttecoven

Overzicht

Gevonden: 4202
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bijleggen bijlappen: bielappe (Guttecoven) Extra geld in de pot doen [lappen, bijleggen]. [N 88 (1982)] III-3-2
bijweg bijweg: beiwaeg (Guttecoven) een weg die niet de hoofdverbinding vormt (bijweg, remel) [N 90 (1982)] III-3-1
bikkel(s) bikkelkootje: bekəlkøͅtjəs (Guttecoven) De beentjes. [N R (1968)] III-3-2
bikkelen bikkelen: bikkele (Guttecoven) Het betreft een spel, dat vroeger vaak en met zeer veel plezier door de meisjes werd gespeeld. Het is een behendigheidsspel dat gespeeld wordt met vier beentjes uit de hiel van een schaap, geit of rund - of daarop gelijkende voorwerpen van koper, lood of [N R (1968)] III-3-2
bil bil: bil (Guttecoven, ... ) Bil. Ook platte woorden! [DC 01 (1931)] III-1-1
biljet van duizend gulden briefje van duizend: ei breefke van doesend (Guttecoven) 1000 gulden, een biljet van ~ [N 21 (1963)] III-3-1
biljet van honderd gulden briefje van honderd: ei breefke van hōndert (Guttecoven) 100 gulden, een biljet van ~ [N 21 (1963)] III-3-1
biljet van tien gulden briefje van tien: ei breefke van tean (Guttecoven) 10 gulden, een biljet van ~ [N 21 (1963)] III-3-1
biljet van twintig gulden briefje van twintig: ei breefke van twintjig (Guttecoven) 20 gulden, een biljet van ~ [N 21 (1963)] III-3-1
biljet van vijfentwintig gulden briefje van vijfentwintig: ei breefke van vief en twintjig (Guttecoven) 25 gulden, een biljet van ~ [N 21 (1963)] III-3-1