e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Guttecoven

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stoep stoep: sjtŏa͂p (Guttecoven) stoep [SGV (1914)] III-3-1
stoep, trottoir stoep: sjtŏap (Guttecoven) stoep [SGV (1914)] III-2-1
stof drek: drek (Guttecoven), stof: schtōf (Guttecoven), sjtoaf (Guttecoven) stof [DC 23 (1953)], [SGV (1914)] III-2-1
stof afnemen stof afdoen: sjtoaf aafdon (Guttecoven), stof vegen: sjtôf vâêge (Guttecoven), sjtöf vége (Guttecoven) Stof afnemen (stoffen) [N 79 (1979)] || stoffen (ww.) [SGV (1914)] III-2-1
stof, zandx stof: sjtoaf (Guttecoven, ... ) stof [SGV (1914)] III-4-4
stofblik blikje: blikske (Guttecoven) stofblik [DC 15 (1947)] III-2-1
stok (kaarten) stok: sjtok (Guttecoven) Een kaart of kaarten die niet meetellen in het spel [bleuze, blanks, blanche]. [N 88 (1982)] III-3-2
stok of twijg om een kind te straffen lat: lát (Guttecoven) een stok of twijg om een kind te straffen [lat] [N 87 (1981)] III-2-2
stola stola (lat.): sjtola (Guttecoven) De stola, de stool. [N 96B (1989)] III-3-3
stollen stijf worden: sjtiep wêrde (Guttecoven) stollen [SGV (1914)] III-4-4