e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Guttecoven

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vlinderdasje nondejuke: nondedjuuke (Guttecoven) vlinderstropdas [nondejuuke, striekske] [N 23 (1964)] III-1-3
vlo (enk.) vlo: vloa (Guttecoven, ... ), vloo (Guttecoven) mensenvlo [N 26 (1964)] || vlo (znw enk) [foekket, zjwarte riejer] [N 26 (1964)] || vloo [SGV (1914)] III-4-2
vlo (mv., fon.) vleu: vleu (Guttecoven), vlun: vluè (Guttecoven) vlo (znw mv) [N 26 (1964)] || vlooien [SGV (1914)] III-4-2
vloed, hoogtij vloed: vloot (Guttecoven) vloed, wassen van het water van de zee en de toestand van hoog water [bovenwater, hoog tij] [N 81 (1980)] III-4-4
vloeken vloeken: vlouke (Guttecoven) vloeken [SGV (1914)] III-3-1
vloer vloer: vlūr (Guttecoven) Zie voor het woordtype 'beleg' ook RhWb V, k. 301, s.v. 'Beleg': ø̄Fussboden aus Steinbelagø̄. Volgens Jongeneel (Heerlens Woordenboek, pag. 19) maakten de boeren uit de omgeving van Heerlen steenharde, waterdichte vloeren van zand, kalk of cement en kolensintels. [S 41; N 54, 128; monogr.; Vld.] II-9
vloertegel plavuis: pləvy(3)̄.s (Guttecoven) een grote rode of blauwe vloertegel [N 05A (1964)] III-2-1
vlooien vlooien: vlēū (Guttecoven) Hoe noemt U in Uw dialect de volgende ziekten: vedermijten: vlooien [N 93 (1983)] III-3-2
vlug gauw: gauw (Guttecoven) haastig [SGV (1914)] III-1-4
vlug lopen rennen: renne (Guttecoven), vegen: vèège (Guttecoven) lopen: snel lopen [rekke, dabbere, op ne steile gaon] [N 10 (1961)] III-1-2