25116 |
bui, regenbui |
bui:
buj (L429p Guttecoven),
būūj (L429p Guttecoven),
regenbui:
règnebuuj (L429p Guttecoven)
|
bui [SGV (1914)] || regenbui [SGV (1914)] || regenbui, korte periode van regen [frontbui, gurze, schoer] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
17634 |
buik |
buik:
boek (L429p Guttecoven),
bōēk (L429p Guttecoven)
|
buik (lijf) [DC 01 (1931)]
III-1-1
|
17635 |
buik (spotnamen) |
buikje:
buukske (L429p Guttecoven),
pens:
pens (L429p Guttecoven, ...
L429p Guttecoven)
|
buik (lijf) [DC 01 (1931)] || buik: spotbenamingen [N 10 (1961)]
III-1-1
|
18095 |
buikpijn |
buikpijn:
boekpien (L429p Guttecoven),
pijn in de buik:
pien in de boek (L429p Guttecoven),
pijn in het lijf:
pien in t lief (L429p Guttecoven),
pijn in zijn buik:
pien in mene boek (L429p Guttecoven),
pien in miene boek (L429p Guttecoven)
|
buikpijn [DC 27 (1955)] || ik heb pijn in mijn buik of de buik doet mij zeer [DC 01 (1931)]
III-1-2
|
18139 |
buil op het hoofd |
knop:
knòp (L429p Guttecoven)
|
buil op het hoofd [buts, buil] [N 10a (1961)]
III-1-2
|
33392 |
buitendeurtje van het varkenshok |
deur:
dø̄r (L429p Guttecoven)
|
Het deurtje waardoor het varken de stal in en uit kan lopen. [N 5A, 60f]
I-6
|
20455 |
buitenechtelijk kind |
voorloper:
veurluiper (L429p Guttecoven)
|
een niet uit een wettelijk huwelijk geboren kind, buitenechtelijk kind [bastaard, speelkind, voorloper, voorkind] [N 86 (1981)]
III-2-2
|
19367 |
buitenverblijf |
villa:
villa (L429p Guttecoven, ...
L429p Guttecoven)
|
Een groot huis met een tuin buiten de stad; vaak het buitenverblijf van in de stad wonende mensen (villa, landhuis, buitenverblijf, campagne, buiten, hof) [N 79 (1979)]
III-2-1
|
18523 |
buitenzak op een jas |
jassentas:
jassetessje (L429p Guttecoven)
|
buitenzak in een jas [jassetes] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
24135 |
buizerd |
buizerd:
buizert (L429p Guttecoven)
|
buizerd (54 grote, plompe, slome vogel; brede vleugels en korte staart; vaak op paaltjes in weilanden; vaak te zien; broedt zeldzaam in bossen [N 09 (1961)]
III-4-1
|