e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Guttecoven

Overzicht

Gevonden: 4202
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
donderkruid hommelskruid: hoemelskroet (Guttecoven), hommelskroet (Guttecoven) donderkruid (Inula vulgaris), weinig voorkomende samengesteldbloemige plant die 90 cm hoog kan worden, met langwerpige ronde bladeren en lichtbruin getinte bloemhoofdjes [N 37 (1971)] III-4-3
donderslag hommelslag: hoomelsláág (Guttecoven) hevige donderslag [ketterslag, kletteraar] [N 81 (1980)] III-4-4
donderwolk grijze lucht: gries lōōg (Guttecoven), hommelskoppen: hoemelsköp (Guttecoven) lucht die onweer en regen voorspelt [broeilucht, smerige lucht, donderlucht, schoer] [N 81 (1980)] || zware wolken die onweer brengen [donderkoppen, -bloesem] [N 22 (1963)] III-4-4
donderx hommel: den hoemel (Guttecoven), hoammel (Guttecoven), hoemmel (Guttecoven) donder [N 22 (1963)], [SGV (1914)] || onweer [N 22 (1963)] III-4-4
donker, duisterx duister: duuster (Guttecoven), dūūster (Guttecoven) donker [donkel, duuster, domp] [N 06 (1960)] || niet of weinig verlicht [donker, duister, deemster] [N 91 (1982)] III-4-4
donkere metten duistere metten: duuster metten (Guttecoven) De donkere Metten op wo./do./vr. in de Goede Week [duustere Mette]. [N 96C (1989)] III-3-3
dons, nestveren duivelshaar: duivelshoarə (Guttecoven) het haar van jonge vogels die nog geen veren hebben (stapveren, duivelshaar, paddehaar) [N 83 (1981)] III-4-1
dood (bn.) dood: dood (Guttecoven, ... ), gestorven: gesjtoerve (Guttecoven), kapot: (Voor dieren en planten).  kapot (Guttecoven) dood [SGV (1914)] || dood (bijv.) [DC 03 (1934)] || sterven van een mens [N 38 (1971)] III-2-2
doodskist doodskist: doadskis (Guttecoven), doadskìs (Guttecoven) doodskist; hoe noemt men het houten voorwerp, waarin de dode in het graf wordt gelegd [DC 23 (1953)] || Hoe noemt men het houten voorwerp, waarin de dode in het graf wordt gelegd? [DC 23 (1953)] III-2-2, III-3-3
doodskleed doodskleder: doadskleijer (Guttecoven), linnen kleed: linne kleed (Guttecoven), papieren kleed: papieren kleed (Guttecoven) bekleding van de overledene, wanneer hij in de doodkist wordt gelegd (thans inventarisatie; betekenis/uitspraak [N 23 (1964)] || bekleding van de overledene, wanneer hij in de doodkist wordt gelegd (vroeger inventarisatie; betekenis/uitspraak [N 23 (1964)] || kleding waarmee overledene wordt bekleed [N 23 (1964)] III-2-2