20492 |
likken |
lekken:
Los miech ins an ¯t ies lek?ke
lek’ke (Q121d Haanrade)
|
likken
III-2-3
|
20725 |
limburgse kaas |
herver kaas:
her’verkieës (Q121d Haanrade),
herverekaas:
Heesjt óch Limburjer of sjtinkkieës
her’verekieës (Q121d Haanrade),
stinkkaas:
Verklw. sjtinkkieës-je
sjtink’kieës (Q121d Haanrade)
|
Hervese kaas || stinkkaas
III-2-3
|
20904 |
limonade |
selterswasser (du.):
tsel’teswasser (Q121d Haanrade)
|
limonade met prik
III-2-3
|
24486 |
linde |
linde:
ling (Q121d Haanrade)
|
linde
III-4-3
|
24625 |
lindebloesem |
lindebloei:
lin’geblui (Q121d Haanrade)
|
lindebloesem
III-4-3
|
19753 |
linnenkast |
lijnenschap:
liŋəšāf (Q121d Haanrade)
|
linnenkast
III-2-1
|
31436 |
lintzaagmachine |
bandzeeg:
bant˱zē̜ǝx (Q121d Haanrade),
baŋk˲zē̜ǝx (Q121d Haanrade)
|
Stationaire machine voor het zagen van diverse materialen. Het zaagblad van de lintzaagmachine bestaat uit een stalen band zonder einde dat aan één kant van zaagtanden is voorzien en wordt aangedreven door een elektromotor. Het te zagen materiaal rust op een zaagtafel en wordt tegen het draaiende blad aangedrukt. Met de lintzaag kunnen ook gebogen zaagsnedes worden gemaakt. [N 50, 69; N 53, 16; monogr.] || Stationaire machine voor het zagen van diverse materialen. Het zaagblad van de lintzaagmachine bestaat uit een stalen band zonder einde dat aan één kant van zaagtanden is voorzien en wordt aangedreven door een elektromotor. Het te zagen materiaal rust op een zaagtafel en wordt tegen het draaiende blad aangedrukt. Met de lintzaag kunnen ook gebogen zaagsnedes worden gemaakt. Het werktuig werd volgens de invullers uit L 290 en L 291 gebruikt om profielijzer te zagen. [N 33, 330; monogr.]
II-11, II-12
|
24528 |
lisdodde |
tanteknuppel:
tan’teknuppel (Q121d Haanrade)
|
lisdodde
III-4-3
|
31224 |
lood |
blij:
blęj (Q121d Haanrade),
lood:
luǝt (Q121d Haanrade),
lūǝt (Q121d Haanrade)
|
De algemene benaming voor het zachte, blauwachtig witte metaal dat door de loodgieter wordt gebruikt. In plaatvorm vormt het de basis voor onder meer loketten, vorstlood en voetlood en als buis werd het vroeger veel toegepast bij de aanleg van waterleidingen. Zie ook de lemmata "loketten", "loketlood" en "voetlood" in Wld ii.9, pag. 178. [N 64, 102a-e; monogr.]
II-11
|
19500 |
loper |
klazeman:
kloͅazəman (Q121d Haanrade)
|
loper (om deur open te maken)
III-2-1
|