e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Haelen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rasp rasp: rasp (Haelen) rasp (rief, raspel, raps) [N 20 (zj)] III-2-1
raspen raspen: raspe (Haelen, ... ), ráspə (Haelen, ... ) raspen; Hoe noemt U: Met een rasp fijn maken (raspelen, raspen, rieven) [N 80 (1980)] III-2-1, III-2-3
rauw groen: gr‧eun (Haelen), rauw: roew (Haelen), rōēw (Haelen) rauw; Hoe noemt U: Rauw, niet gekookt (groen, rauw) [N 80 (1980)] III-2-3
ravotten rulsen: røͅlsə (Haelen) Voor de grap met elkaar worstelen, ravotten, gezegd van kinderen [riepen, riepzakken, raggen, balkuinen, stoeien]. [N 88 (1982)] III-3-2
recht vooruitstoten met de armen stuiken: stoeke (Haelen) stoten: met de armen recht vooruit stoten [stuike] [N 10 (1961)] III-1-2
rechte, vormeloze benen rechte stokken: rechte stekke (Haelen) benen: rechte, vormloze benen [mok-, motbeene] [N 10 (1961)] III-1-1
rechterachterkwartier achterste kwartier rechts: ɛxǝlstǝ kǝrtēr rɛxts (Haelen) Het kwartier van de uier rechts achter. In de vraagstelling stond erbij wat betreft de positie van de kwartieren "van achteren gezien". [N 3A, 116d] I-11
rechterkant van het paard buitenkant: būtǝkantj (Haelen) Tegenovergestelde kant van de plaats waar de voerman gaat. [N 8, 9 en 10] I-9
rechtervoorkwartier voorste kwartier rechts: vø̄rstǝ kǝrtēr rɛxts (Haelen) Het kwartier van de uier rechts voor. In de vraagstelling stond erbij wat betreft de positie van de kwartieren "van achteren gezien". [N 3A, 116c] I-11
rechtstaande oren flaporen: i.e. grote oren.  (flapôêre) (Haelen), laporen: i.e. grote oren.  (lapôêre) (Haelen) oor: rechtstaande oren [fikoorkes] [N 10 (1961)] III-1-1