e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=P048p plaats=Halen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
volk (mensen) mensen: minsə (Halen) volk [RND] III-3-1
volwassen, mannelijk varken (ongesneden) beer: biǝr (Halen), bīr (Halen), bīǝr (Halen) De benamingen in dit lemma duiden op het volwassen, ongesneden, mannelijk varken. Opgaven voor het volwassen, ongesneden, mannelijk varken die beantwoorden aan de woordtypen berg en barg zijn verplaatst naar het lemma ''gesneden mannelijk varken'' (1.2.2). Zie afbeelding 1. [N 19, 7; RND 46 en 84; S 2; A 4, 4a; L 1a-m; L 20, 4a; L 37, 49d; L 14, 12; JG 1a, 1b; monogr.] I-12
vonk vonk: vuŋk (Halen, ... ) vonk, geinster [ZND 01 (1922)], [ZND 23 (1937)] III-2-1
voogd momber: mŏĕmbərt (Halen) voogd (over minderjarige kinderen) [ZND 08 (1925)] III-2-2
voorhoofd voorhoofd: vərhy(3)̄t (Halen) Een groot voorhoofd. [ZND 08 (1925)] III-1-1
voorklauw nagel: nāgǝl (Halen), teen: tiǝn (Halen) Het voorste deel van de hoef. [N 3A, 119b] I-11
voorknie knie: kni (Halen) Knie van een voorbeen. Zie afbeelding 2.22. [JG 1a, 1b; N 8, 32.5, 32.9, 32.10 en 32.11] I-9
vooroverduikelen duikelen: dø͂ͅkələ (Halen), een piepelepa maken: nə pipələpā mākə (Halen) duikelen, voorover vallen [stulpe, stölpe] [N 10 (1961)] || hij kan over zijn hoofd tuimelen (buitelen), een tuimeling maken [ZND 08 (1925)] III-1-2
voorpoten met dikke knie zware poten: zwuǝr puǝtǝ (Halen) [N 3A, 143; monogr.] I-11
voorrooien pellen: pęlǝ (Halen) Controleren of de aardappelen rijp zijn, of ze voldoende groot zijn om gerooid te worden. Omschrijvende uitdrukkingen zoals "kijken of de aardappelen rijp zijn" zijn hier niet opgenomen. [N 12, 20] I-5