e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Halen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
lichte klei doorregen grond: dǝrēgǝ grǫnt (Halen), halfzware grond: halfzwārǝ gront (Halen) Grondsoort die bestaat uit zand en klei. Zavel is lichte klei waarin het zandgehalte 60 tot 80% kan zijn. [N 27, 43; N 27, 41] I-8
lichte nevel nevel: niəvəl (Halen) lichte nevel die het zicht vertroebelt [donst, dook, blaok] [N 22 (1963)] III-4-4
lichte overjas jager: jagər (Halen) herenoverjas, lichte ~ [sertoe] [N 23 (1964)] III-1-3
lichtgeraakt, kregel krikkel: ook materiaal znd 28, 49  krikkel (Halen) kregel [ZND 01 (1922)] III-1-4
lidmaat, ledematen lidmaat, ledematen: leͅtmūwt (Halen) ledematen, lidmaat [N 10 (1961)] III-1-1
lied, liedje liedje: likə (Halen) liedje [RND] III-3-2
liegen liegen: liege (Halen, ... ), līgə (Halen) liegen [ZND 25 (1937)] III-3-1
lies liest: list (Halen) Het vel of vlies rond een windei. [JG 1b, 1c, 2c] I-12
liggen liggen: ligge (Halen, ... ), ligə (Halen) liggen [ZND 25 (1937)] III-1-2
liggend dakvenster dakvenster: dak˲vønstǝr (Halen), dak˲vęnstǝr (Halen) Een dakvenster is een liggend raampje op het dak dat meestal geopend kan worden en dat dient ter belichting en beluchting van de zolder, ook wel als toegang tot het dak bij bijv. reparaties of om door naar buiten te kijken. Het is meestal te klein om hooi door te laten, maar grotere vensters kunnen wel daartoe dienen (zie het lemma "hooivenster", 3.4.5). [N 4A, 45c; monogr.] I-6