e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Halen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rasp rasp: rasp (Halen), vr rasp\\  rasp (Halen) rasp (rief, raspel, raps) [N 20 (zj)] III-2-1
rauw rauw: roa vliësch (Halen) Rauw vlees. [ZND 41 (1943)] III-2-3
rechterachterkwartier achterste rechts kwartier: axtǝrstǝ ręxs ketīr (Halen) Het kwartier van de uier rechts achter. In de vraagstelling stond erbij wat betreft de positie van de kwartieren "van achteren gezien". [N 3A, 116d] I-11
rechtervoorkwartier voorste rechts kwartier: vøstǝ ręxs ketīr (Halen) Het kwartier van de uier rechts voor. In de vraagstelling stond erbij wat betreft de positie van de kwartieren "van achteren gezien". [N 3A, 116c] I-11
redingote? redingote (fr.): halve seizoensjas  rəde͂ͅgoͅ (Halen) riddingot, in de betekenis van kostuum(onderdeel); betekenis/uitspraak [N 23 (1964)] III-1-3
reeks, rij rij: rēͅ (Halen), root: root (Halen) rij [ZND 19A (1936)] III-4-4
refrein refrein: refreein (Halen) Een refrein (het steeds terugkerende gedeelte van een lied). [ZND 41 (1943)] III-3-2
regels rekels: rē̜.kǝls (Halen), travers: travē̜rs (Halen) De horizontale balkjes die tussen de stijlen bevestigd worden. Zie ook afb. 47. De horizontale balk die de hele muurbreedte overspande, werd in Q 97 de 'kettingbalk' ('kęteŋbalǝk') genoemd. De balken werden met behulp van een pen/gat-verbinding aan elkaar bevestigd. De pen noemde men 'kijl' ('kīl'), het aan elkaar bevestigen van de balken 'angen' ('aŋǝ'). Bij de bovengenoemde houtverbinding bedroeg de doorsnede van het gat altijd het derde deel van de totale breedte van de balk. [N 4A, 52b; N 31, 45 add.; monogr.; div.; Vld] II-9
regen (alg.) regen: rēͅgəl (Halen), règel (Halen) regen [ZND 23 (1937)] || regen in het algemeen [rengel, majem] [N 22 (1963)] III-4-4
regenboog regenboog: rēͅgəlbōx (Halen) regenboog [weerteken] [N 22 (1963)] III-4-4