e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Haler

Overzicht

Gevonden: 1699

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
angel van bij of wesp angel: angel (Haler) Hoe noemt u het orgaan waarmee bijen en wespen steken (angel) [N 83 (1981)] III-4-2
arbeid werk: werk (Haler) het werken, het arbeiden [foter, werk] [N 89 (1982)] III-3-1
aren lezen aren rapen: ǭrǝ rāpǝ (Haler), spieren rapen: spē.rǝ rā.pǝ (Haler) Het oprapen en verzamelen van de achtergebleven aren op het veld. Het was vroeger gewoonte de aren die op het pasgemaaide en geoogste veld achterbleven, te laten liggen, zodat behoeftigen deze konden verzamelen. Het was een vorm van armenzorg. [N 15, 35; JG 1a, 1b, 1c, 2c; L 39, 40; Lu 3, 6; R [s], 31; R 3, 68; monogr.; add. uit A 23, 16.2] I-4
armband armband: armband (Haler) band- of ringvormig, gewoonlijk metalen sieraad dat om de arm of pols gedragen wordt [armband, bracelet] [N 86 (1981)] III-1-3
asblok lade: lāi̯ (Haler) Houten blok met aan de onderzijde een gleuf waarin de metalen as bevestigd wordt, ter versteviging van de as. Zie verder ook WLD I.1 voor het asblok van de ploeg. [N 17, 40 + 44j + 50b + 51; N G, 48a; JG 1a; JG 1b; JG 1c; JG 2b; monogr.] I-13
asfaltpapier rubberoid: rubberoid (Haler) Poreus bordpapier, gedrenkt in asfalt of zware teeroliën. Asfaltpapier wordt gebruikt als isolatiemateriaal tegen vocht maar ook als dakbedekking. 'Lodorite' is een asfaltbitumen juteweefsel dat als afdichtingsmateriaal in stroken wordt verwerkt. [N 31, 36b; N 64, 155b; monogr.] II-9
askruisje askruisje: askruuske (Haler) Het Askruisje [assekrüske, esjekruuts]. [N 96C (1989)] III-3-3
aswoensdag asgoensdag: asgoonsdig (Haler) Aswoensdag, de eerste dag van de grote vasten [ésjermitwoch, aesjergoonsdiech, esjelegoonsdich]. [N 96C (1989)] III-3-3
atelier werkplaats: werkplaats (Haler) de ruimte, ingericht om er te werken met gereedschappen en/of machines [atelier, werkplaats] [N 89 (1982)] III-3-1
autoped step (eng.): step (Haler) Het speeltuig bestaande uit een plankje op twee kleine wielen met een stuurstang waarop men door afzetten met de voet rijdt [autoped, glijer, step, aveseerplankje]. [N 88 (1982)] III-3-2