e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Haler

Overzicht

Gevonden: 1699
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kerststal kerststal: keesstal (Haler) Een kerststal. [N 96C (1989)] III-3-3
ketelmuziek maken ezeldrijven: ezeldrijven (Haler) Het gebruik om een serenade met geïmproviseerde instrumenten te geven aan personen die openbare ergernis geven [tafelen]. [N 88 (1982)] III-3-2
keus keus: keus (Haler) het kiezen, de mogelijkheid om te kiezen [keus, keur] [N 85 (1981)] III-1-4
kibbelen stechelen: steggelen (Haler) het niet eens zijn en ruzie maken over kleinigheden, door wederzijds gebrek aan inschikkelijkheid vooral gezegd van kinderen [stechelen, sechelen, aantelen, akkenaaien, naarswaar-zen, grendelen, stensen, keken, kibbelen] [N 85 (1981)] III-3-1
kiel kiel: kēl (Haler) Inspringende hoek, gevormd door twee hellende dakvlakken. [N 32, 43b; N 54, 171a] II-9
kiem scheut: sjeut (Haler) De in het rijpe zaad ingesloten aanleg tot een nieuwe plant (kiem, scheut). [N 82 (1981)] III-4-3
kiemen schieten: sjeeten (Haler) Uitkomen, gezegd van zaden (kesemen, kersten, kenen). [N 82 (1981)] III-4-3
kien! kien: kien (Haler) Wat roept de speler als hij een rijtje bezet heeft? [katern, hammeke, kien]. [N 88 (1982)] III-3-2
kienen kienen: kienen (Haler) Het spel waarbij de spelers elk één of meer kaarten hebben met daarop een aantal cijfers tussen 1 en 90. Die cijfers moeten opgevuld worden; ze worden willekeurig opgeroepen; winnaar is degene die het eerst een rij vol heeft [kienen, lotto, kienspel]. [N 88 (1982)] III-3-2
kieskauwer sloknaas: sloknaas (Haler) lastig met eten; Hoe noemt U: Lastig met eten, gezegd van iemand die altijd weinig eet [N 80 (1980)] III-2-3