e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L286p plaats=Hamont

Overzicht

Gevonden: 4263
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
dekken dekken: dękǝ (Hamont), dękǝn (Hamont), dɛkǝn (Hamont), springen: spreŋǝn (Hamont) Het bevruchten van de koe door de stier. [JG 1a, 1b] || Het bevruchten van het vrouwelijk varken door het mannelijk varken. [N 19, 30; JG 1a, 1b, 1c, 2c; A 43, 20b; monogr.] || Het dekken van het vrouwelijk schaap door de ram. [N 77, 34; N 77, 33; JG 1a, 1b] I-11, I-12
deklatten kepers: kēpǝrs (Hamont) De latten op het dak waaraan de stro- of rietbedekking wordt vastgemaakt. [N F, 32b; N 4A, 14a] II-9
deksel deksel: deͅksəl (Hamont), däksəl (Hamont), scheel: sXēͅl (Hamont), sxēͅl (Hamont, ... ), sxēͅəl (Hamont) deksel [ZND 01 (1922)], [ZND 22 (1936)] || scheel III-2-1
deksel van de metalen gierton dek: dęk (Hamont), scheel: sxē̜.l (Hamont) De zinken gierton wordt van boven afgesloten met een deksel dat scharnierend bevestigd is aan de kraag van de vulopening. [JG 1a + 1b; N 11A, 54b; monogr.] I-1
dekzeil paardsdek: pęrs˱dęk (Hamont) Zeil dat de rug van het paard bedekt als het regent. [JG 1a, 1b] I-10
dempig dempig: dɛ.mpǝx (Hamont) Gezegd van runderen of paarden met dempigheid, een bemoeilijking van de ademhaling; bij runderen is het vaak een naziekte van het mond- en klauwzeer. Het paard vertoont een versnelde ademhaling, gepaard met een temperatuursverhoging en hoesten. Dempigheid of kortademigheid is niet chronisch, in tegenstelling tot ''cornage'' (7.38). [JG 1b; A 48A, 38a; L 1, a-m; L 23, 1a en 1b; N 8, 87, 88 en 89a; N 52, 24; S 6] I-9
denken denken: deengkə (Hamont), ech dēnk, we denkə (Hamont) denken || ik denk, wij denken (of peinzen?) ik dacht het wel, wij dachten het ik heb het gedacht [ZND 08 (1925)] III-1-4
dennenappel denspeer: verzamelfiches; ook ZND01, u 31  deͅnspeͅr (Hamont) dennenappel [ZND 01 (1922)] III-4-3
dennennaalden dennennaalden: deͅnə nø͂ͅlən (Hamont) dennenaald [ZND 01 (1922)] III-4-3
derde grasoogst derde wei: dęrdǝ wē̜i̯ (Hamont) Het gras dat in de derde beurt wordt afgegraasd; vaak vindt men dezelfde naam als de derde hooioogst, die immers ook vaak wordt afgegraasd. Zie de algemene toelichting bij deze paragraaf (''nagras''). [N 14, 129c] I-3