e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L286p plaats=Hamont

Overzicht

Gevonden: 4263
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
derde hooioogst derde schaar: dęrdǝ sxǭr (Hamont) Uitdrukkelijk gevraagd naar de derde hooioogst, gaven sommige informanten de volgende antwoorden; vaak werd deze derde oogst echter niet meer gemaaid maar door de koeien of schapen afgegraasd. Zie de algemene toelichting bij deze paragraaf. [N 14, 128d] I-3
desemen desemen: djéssemmen (Hamont) desemen; Hoe noemt U: Zuurdeeg in het beslag voor brood doen, desemen (zuren, mengen, desemen, het zuur zetten) [N 80 (1980)] III-2-3
deugen deugen: déégə (Hamont) deugen III-1-4
deugniet deugeniet: deugeniet (Hamont), deugəniet (Hamont), déúgənĭĕt (Hamont), ook materiaal znd 23,4  dø̄gənīt (Hamont), ondeugend kind: ondygend kēnt (Hamont), ondø̄gend kēnt (Hamont), stout kind: stout keend (Hamont, ... ), vlegel: vlegel (Hamont) deugniet [ZND 01 (1922)] || een ondeugend kind [ZND 40 (1942)] || kent ge ook een woord of uitdrukking met dezelfde betekenis zonder het woord kind, b.v. een ondeugd, of iets dergelijks ? [ZND 40 (1942)] III-1-4
deuk in een hoed buts: n’ buts (Hamont), ən bøts (Hamont), deuk: ənən dø̄k (Hamont) een deuk [ZND 33 (1940)] III-1-3
deur deur: dø&#x0304ər (Hamont), dø̄r (Hamont) [rnd 109; S 6; L 1 a-m; L 12, 5; L A2, 265; monogr.; Vld.; div.]deur II-9, III-2-1
deurknop, deurklink klink: klēŋk (Hamont) klink III-2-1
deurtje in een poortvleugel schuurdeurtje: sxyrdørkǝ (Hamont) Om aan personen toegang te verlenen en om dan niet de gehele vleugel te moeten openen is er in een poortvleugel vaak een deurtje, dat meestal niet tot beneden reikt, waardoor men echt binnen moet stappen. Vaak is het zo klein dat men slechts in gebukte houding er door kan. Meestal is de poortvleugel niet gehalveerd. Door de functionele overeenkomst zijn de benamingen soms ook in gebruik voor het onderste deel van een gehalveerde poortvleugel (zie het lemma "onderdeur", 4.1.9). Doorgaans is uit de benamingen voor dergelijke deurtjes in de poorten van schuur en stal op te maken waar ze zich bevinden. Toegevoegd zijn ook de enkele aparte benamingen voor de toegangsdeur náást de poort. Zie ook afbeelding 18.f bij het lemma "poort" (4.1.1). [N 4A, 42b; N 4, 38; JG 1a en 1b; monogr.; add. uit N 5A, 77d] I-6
deurwaarder deurwaarder: d"rwēͅrdər (Hamont), huissier (fr.): hoessier (Hamont) deurwaarder [ZND 33 (1940)] III-3-1
diarree spel: spē̜l (Hamont) Buikloop. Te dunne ontlasting, meestal veroorzaakt door een min of meer ernstige ontsteking van de darmen. Zie ook het lemma ''diarree'' in wbd I.3, blz. 472-474. [N 3A, 91, 99; A 48A, 52; monogr.] I-11