e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hamont

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
heerbroer heerbroer: hiərbryr (Hamont) heerbroer [ZND 11 (1925)] III-2-2
heermoes kattenstaart: equisetum arvense  katəstēͅrt (Hamont), kattestaart: katǝstɛ̄rt (Hamont) Equisetum arvense L. Zeer algemeen voorkomend onkruid uit de paardestaart-familie (Equisetum L.) op bouwland, grasland, tuinen en bermen met een rechtopstaande holle stengel, die geleed is en gemakkelijk uiteen te trekken. Op de grens van de afzonderlijke leden bevindt zich een krans van schubben, die de bladeren vertegenwoordigen. Deze sporenplant bloeit van april tot mei en varieert in hoogte van 10 tot 80 cm. In het algemeen bekender onder de familienaam paardestaart. L 214a: "De volksmond zegt dat onderaan de wortel van de katǝstart een gouden knøpkǝ zit." L 250: "Gedroogde blaadjes worden als medicinale thee gebruikt bij pijnlijke urinelozing." De samenstellingen met -staarts zijn verschoven vormen van staart; vergelijk het lemma Ploegstraat in aflevering I.1, blz. 62. [A 17, 5; A 49B, 4; monogr.] || kattestaart equisetum arvense I-5, III-4-3
heerneef heerneef: hiərnɛf (Hamont) heerneef [ZND 11 (1925)] III-2-2
heeroom heeroom: hiəruəm (Hamont) heeroom [ZND 11 (1925)] III-2-2
hees, schor hees: hes (Hamont), heͅs (Hamont), häs (Hamont) hij is hees (zijn stem is weg) [ZND 26 (1937)] || schor, schor zijn [ruigsen, hees, gees zijn] [N 10 (1961)] III-1-2
heet, hitsig heet: hiət (Hamont) heet, hitsig [Goossens 1b (1960)] III-2-1
heggenmus tuinrobbertje: bastaardnachtegaal  tūnroͅbərkə (Hamont) heggemus III-4-1
heibezem bezem: beͅsəm (Hamont) bezem gemaakt van heitakjes (heiwasser, heibezem) [N 20 (zj)] III-2-1
heilige, zalige heilige: əne heilige (Hamont), ənən hälĭgən (Hamont) Heilige. [ZND 35 (1941)] III-3-3
heimwee heimwee: heimwee (Hamont) heimwee (hebben als iemand ergens niet kan wennen en erg naar huis verlangt, zegt men: Hij heeft (veel/erg/zon) .... [DC 45 (1970)] III-1-4