19679 |
asbak |
asbak:
as˂bak (L286p Hamont)
|
asbak
III-2-1
|
32672 |
asblok |
asblok:
as˱blǫk (L286p Hamont),
aslade:
aslǭi̯ (L286p Hamont),
lade:
lǭi̯ (L286p Hamont)
|
Het als ashouder of als as fungerende houten blok waaraan de wielen van de voorploeg bevestigd zijn. [N 11, 31.I.a; N 11A, 97a] || Houten blok met aan de onderzijde een gleuf waarin de metalen as bevestigd wordt, ter versteviging van de as. Zie verder ook WLD I.1 voor het asblok van de ploeg. [N 17, 40 + 44j + 50b + 51; N G, 48a; JG 1a; JG 1b; JG 1c; JG 2b; monogr.]
I-1, I-13
|
33277 |
asperge |
asperge:
aspeͅrzi* (L286p Hamont)
|
asperge
I-7
|
26236 |
aswiel |
kamrad:
kāmprǭǝt (L286p Hamont),
molenrad:
molenrad (L286p Hamont),
molenwiel:
molenwiel (L286p Hamont)
|
Het grote kamwiel aan de molenas van de windmolen dat tot taak heeft de draaiende beweging van de as over te brengen op het spijlenrad. Zie ook afb. 49 en 64.2. Het is een wiel waarvan de tanden haaks of met een hoek van 45o op het vlak van het rad staan. Wanneer de molen niet voorzien is van een apart aswiel voor de reminrichting is rond het aswiel de zgn. vang bevestigd. Zie ook het lemma ɛgroot kamradɛ. Het betreft daar materiaal met betrekking tot het vergelijkbare kamwiel in watermolens.' [N O, 11a; A 42A, 8; Sche 38; monogr.]
II-3
|
22897 |
aswoensdag |
aswoensdag:
aschwoenzig (L286p Hamont),
aswunzech (L286p Hamont)
|
Aswoensdag. [ZND 19A (1936)]
III-3-3
|
22370 |
autoped |
trottinette (fr.):
/
trontinet (L286p Hamont),
B.v. Hij haauw en trontenèt gekregen van sinderkloas.
trontənèt (L286p Hamont),
komt van het frans
trottinet (L286p Hamont, ...
L286p Hamont),
Met een trontinet rijden.
trontənet (L286p Hamont),
tro(n)tenet: België.
troͅ(n)tənet (L286p Hamont)
|
/ [SND (2006)] || Autoped. || step [SND (2006)] || Trontinet (autoped). || Trottinette: autoped, step.
III-3-2
|
31935 |
avegaar |
effer:
ęfǝr (L286p Hamont),
ɛfǝr (L286p Hamont),
handboor:
hant˱bōr (L286p Hamont)
|
Grote handboor met schroef- of lepelvormig uitlopend boorijzer dat met een dwarsstang wordt rondgedraaid en dient om zeer diepe en/of wijde gaten te boren. Zie ook afb. 79 en 80. De avegaar wordt door verschillende houtbewerkers gebruikt. De wagenmaker boort er onder meer de naven van karwielen mee uit, terwijl de klompenmaker de avegaar gebruikt om er aan de binnenkant van klompen hout mee weg te halen. Dit lemma bevat alleen algemene benamingen voor de avegaar (onder A), de schroefavegaar (onder B) en de lepelavegaar (onder C). Specifieke uitvoeringen van de avegaar zoals die bijvoorbeeld door de kuiper, de klompenmaker en de wagenmaker worden gebruikt, worden behandeld in de paragrafen over de terminologie van deze beroepen. Vgl. voor het woordtype never, dat werd opgegeven door respondenten uit Swalmen, Geulle en Valkenburg (L 331, Q 18, Q 101) ook het Limburgs Idioticon, pag. 176, s.v. never, ø̄Kruisboor. Geh. Kempenlandø̄ en voor het woordtype borendrouw uit Eupen (Q 284) RhWb (I), kol. 1437, s.v. Drau, ø̄das Gestell am Handbohrer, das den eingesetzten Bohrer dreht, Bohrwinde Drehbügelø̄. Met de lepelavegaar werken werd in Hasselt (Q 2) uitbuikeren (ø̜̄ǝt˱bø̜̄.kǝrǝ) genoemd. [N G, 32a; N 53, 167a-c; L 32, 35; A 32, 8; monogr.]
II-12
|
25073 |
averechts, achterstevoren |
andersom:
andərs øm (L286p Hamont),
krek verkeerd:
krek verkierd (L286p Hamont)
|
averechts [ZND 05 (1924)]
III-4-4
|
20582 |
avondmaal |
avondeten:
aoventééten (L286p Hamont),
avondskost:
aoveskost (L286p Hamont),
oͅvəskoͅst (L286p Hamont)
|
de laatste maaltijd van de dag, avondeten [ZND 02 (1923)] || maaltijden; Hoe noemt U: Namen voor de verschillende maaltijden, afhankelijk van de tijd van de dag, eventueel van het jaar [N 80 (1980)] || namen en uren van de dagelijkse maaltijden: 19 uur [ZND 18G (1935)]
III-2-3
|
20546 |
azijn |
azijn:
aziejn (L286p Hamont),
azien (L286p Hamont),
azīēn (L286p Hamont),
azīn (L286p Hamont),
verzamelfiche, ook mat. van ZND 1, a-m
azin (L286p Hamont),
edik:
eek (L286p Hamont),
in de uitdrukking "zu zur as iek
īək (L286p Hamont)
|
azijn [ZND 01u (1924)] || Azijn (kent u hier andere woorden voor). [ZND 42 (1943)] || azijn; Hoe noemt U: De zure vloeistof bestaande uit azijnzuur en water, die o.a. gebruikt wordt bij het bereiden en conserveren van spijzen (azijn, arzijn, eek) [N 80 (1980)]
III-2-3
|