e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hamont

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vlinder vlinder: vlendər (Hamont, ... ), vleͅndər (Hamont) vlinder [GV Gr (1935)], [ZND 08 (1925)], [ZND 16 (1934)], [ZND 18G (1935)] || vlinder, pepel [RND] III-4-2
vlinderdasje nondejuke: noͅndədjykə (Hamont) vlinderstropdas [nondejuuke, striekske] [N 23 (1964)] III-1-3
vlo (enk.) vlo: vloeïe (Hamont), vlūij (Hamont) vlo || vlo, vlooi [Willems (1885)] III-4-2
vloeiweide wetering: wētǝreŋ (Hamont) Weiland, laag gelegen en zodanig aangelegd dat van tijd tot tijd kunstmatige bevloeiing kan plaatsvinden. [N 14, 58] I-8
vloertegel plavei: plaveͅi̯ (Hamont, ... ) een grote rode of blauwe vloertegel [N 05A (1964)] || tegel, plavei III-2-1
vlug lopen krossen: kroͅsən (Hamont, ... ) lopen, gaan; inventarisatie uitdrukkingen; betekenis/uitspraak [N 10 (1961)] || lopen: snel lopen [rekke, dabbere, op ne steile gaon] [N 10 (1961)] III-1-2
vlugger allez: ęlē (Hamont), hup: høp (Hamont) Voermansroep om het paard sneller te doen gaan. [N 8, 95g] I-10
vod vod: vod (Hamont, ... ), vot (Hamont), voͅt (Hamont) vod || Vod. Met een vod afkuisen [ZND 37 (1941)] III-1-3
voddenkoopman kramer: iemand die vodden en konijnenvellen opkoopt  ne kremmer (Hamont), vodden en benen opkoopt  kremmer (Hamont) Kramer. [ZND 36 (1941)] III-3-1
voederbieten kroten: krūtǝ (Hamont), krūǝtǝ (Hamont), voerbieten: vuǝrbīǝtǝ (Hamont) Beta vulgaris L. subsp. vulgaris. De algemene benaming van de bieten die gekweekt worden om als veevoeder te worden gebruikt. De voederbiet groeit grotendeels boven de grond, in tegenstelling tot de suikerbiet waarvan alleen de bladerkruin boven de grond uitkomt. De plant gedijt het best op losse vochthoudende zandgrond en verdraagt zware stalmest- of gierbemesting. Het is vanouds een in Limburg veel verbouwd veevoeder dat in het eigen gemengde bedrijf werd benut. Voor de fonetische documentatie van het tweede woorddeel in de samenstellingen zoals voederbieten, waarvan dat tweede element ook als enkelvoudig woord in het lemma voorkomt, zie onder dat enkelvoudig woord, i.c. bieten. In de vragenlijsten is steeds naar de meervoudsvorm gevraagd. [N 12, 38; N 12A, 1; JG 1a, 1b, 1d, 2b, 2c; A 13, 2b; L 43, 4b; monogr.] I-5