20713 |
boterham (kinderwoord) |
bam:
Syst. Frings
bam (L286p Hamont, ...
L286p Hamont),
bammetje:
Syst. Frings
baməkə (L286p Hamont, ...
L286p Hamont),
verzamelfiche, ook mat. van ZND 3 vraag 9
bameke (L286p Hamont),
boo-tje:
Syst. Frings
bōkə (L286p Hamont, ...
L286p Hamont),
kam:
verzamelfiche, ook mat. van ZND 3 vraag 9
kam (L286p Hamont)
|
Kinderwoord voor boterham (bam, boo?) [N 16 (1962)] || Zijn er kinderwoorden voor boterham? [ZND 32 (1939)]
III-2-3
|
20716 |
boterham met kaas |
boterham mee kaas:
Syst. Frings
bot(ə)ram meͅ kēͅs (L286p Hamont),
botəram meͅ kɛ̄s (L286p Hamont)
|
Boterham met kaas (keesbam, keistaat, sjmouer?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|
20715 |
boterham met vet |
boterham mee vet:
Syst. Frings
bot(ə)ram meͅ veͅt (L286p Hamont),
boͅtəram meͅ vɛt (L286p Hamont)
|
Boterham met vet (sjmouer?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|
20754 |
boterham van wit en zwart brood |
wit en zwart tegeneen:
Syst. Frings
wet eͅn zweͅrt tegənīən (L286p Hamont),
wet ɛn zwɛrt tegənīən (L286p Hamont)
|
Boterham van wit en zwart brood (preekheer?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|
34248 |
boterkuip |
boterteil:
bō.tǝrtɛl (L286p Hamont)
|
Houten kuipje waarin de boeren de boter wassen. [JG 1c, 2c]
I-11
|
20553 |
boterkussentje |
boterbabbel:
boterbabbel (L286p Hamont)
|
boterkussentje; Hoe noemt U: Een met boter bereid snoepje (boterkussentje, kokkien, suikerspek) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
19551 |
boterlepel |
boterlepel:
bōtərlēpəl (L286p Hamont)
|
lepel, houten ~; inventarisatie benamingen (boterspaan); betekenis/uitspraak [N 20 (zj)]
III-2-1
|
19549 |
boterpot |
boterpot:
bōtərpoͅt (L286p Hamont)
|
pot, stenen ~; inventarisatie benamingen voor grote ~~ voor bijv. zuurkool e.d., kleinere ~~ voor boter, eieren e.d. (pijppot, timperpot); betekenis/uitspraak [N 20 (zj)]
III-2-1
|
19517 |
botervlootje |
boterpot:
bōtərpoͅt (L286p Hamont)
|
botervlootje [N 20 (zj)]
III-2-1
|
32948 |
botteriken |
botteriken:
bǫ.tǝrekǝ (L286p Hamont)
|
De ladderachtige constructies die vóór en achter op de hooikar worden geplaatst om de laadcapaciteit te vergroten. Zie de algemene toelichting bij deze paragraaf en afbeelding 16, de foto''s b en c. De term ladders ("ledders" en "leren") wordt zowel voor de botteriken als voor de zijladders gebruikt; zie het lemma ''zijladders van de oude kar''. Het lemma bevat alleen meervouden.' [N 17, 70; JG 1a, 1b, 2a; add. uit N 17, 40 en A 41, 24; monogr.]
I-3
|