19381 |
gewelf |
gewelf:
gǝwɛlf (Q002p Hasselt)
|
Gebogen vlak, samengesteld uit bakstenen, dat de overdekking vormt van een ruimte die wordt omsloten door muren of pijlers. Zie ook de lemmata 'Troggewelf' en 'Tongewelf'. [S 10; L 1 a-m; L 24, 12; N 79, 18; monogr.]
II-9
|
23377 |
gewelfschildering |
plafondschilderij:
plafondschilderij (Q002p Hasselt)
|
Een gewelfschildering, muurschildering. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
25610 |
gewicht verliezen |
uitwasemen:
ø̜twāsǝmǝ (Q002p Hasselt)
|
Het verliezen van gewicht bij het bakken van het brood. Volgens de informant van L 270 houdt dit verlies aan gewicht ± 10% in. [N 29, 48]
II-1
|
19264 |
gewillig |
gewillig:
e gewiellig kè.nd
gewiellig (Q002p Hasselt)
|
gewillig
III-1-4
|
33265 |
gewone spurrie |
spurrie:
spø̜r (Q002p Hasselt),
spęrǝ (Q002p Hasselt),
spǫrǝ (Q002p Hasselt),
wilde spurrie:
wilde spurrie (Q002p Hasselt)
|
Spergula arvensis L. Een 15 tot 40 cm hoge plant met rechtopstaande stengels en smalle, priemvormige bladeren in kransen en kleine witte bloempjes. Spurrie bloeit van juni tot september en wordt vooral op zandgronden als veevoeder gekweekt. [N Q, 2; JG 1a, 1b; L A1, 245; R 3, 28; monogr.]
I-5
|
19135 |
gewoonte |
gewente:
gewientje (Q002p Hasselt),
gewoonte:
¯n v؉el gewiente: een vuile (slechte) gewoonte
gewiente (Q002p Hasselt)
|
gewoonte || Gewoonte. [Willems (1885)]
III-1-4, III-3-2
|
17564 |
gewricht |
gewricht:
geverg (Q002p Hasselt),
gewrich (Q002p Hasselt),
gewricht (Q002p Hasselt),
gəvrich (Q002p Hasselt, ...
Q002p Hasselt),
gəvrix (Q002p Hasselt)
|
gewricht, gewrichten (draaipunt in het beenderstelsel) [gewrichte, gewervele, gewerve] [N 10 (1961)] || hoe heet het gewricht van een lidmaat, d.i. de plaats waar de beenderen van armen of benen met elkaar verbonden zijn ? [ZND 24 (1937)]
III-1-1
|
17589 |
gezicht (spotnamen) |
bakkes:
bakkes (Q002p Hasselt, ...
Q002p Hasselt,
Q002p Hasselt),
bakəs (Q002p Hasselt),
gezicht:
gəzix (Q002p Hasselt),
muil:
mø͂ͅl (Q002p Hasselt, ...
Q002p Hasselt),
smikkel:
(smikkel)
smekəl (Q002p Hasselt),
smoel:
smoel (Q002p Hasselt),
smouwel (Q002p Hasselt),
smoͅuəl (Q002p Hasselt),
snuit:
snuit (Q002p Hasselt)
|
bakkes [ZND 01 (1922)] || gezicht, gelaat: spotbenamingen [N 10 (1961)] || muil [ZND m]
III-1-1
|
20327 |
gezin |
nest:
ne nes jieng (jong)
nès (Q002p Hasselt)
|
groot gezin
III-2-2
|
17970 |
gezond |
gezond zijn:
gezo.nd (Q002p Hasselt)
|
gezond
III-1-2
|