e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hasselt

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
latierboom box (e.): bǫks (Hasselt) Een horizontale balk die twee paarden van elkaar scheidt, meestal hangend aan kettingen, ook wel vast verbonden. In plaats van een hangende balk kan er ook een eenvoudige en niet al te hoge tussenwand zijn. Met een box is een afgeschutte ruimte voor één paard bedoeld; de tussenwand maakt dan deel uit van de box. [N 5A, 59d; monogr.] I-6
latwerk latten: latǝn (Hasselt), scheien: sxēn (Hasselt) Latwerk dat op de berries van de kruiwagen gelegd werd, ten einde het laadvlak te vergroten. [N 18, 101; JG 1d] I-13
laurier laurier: leréjer (Hasselt), loréjer (Hasselt) laurier III-2-3
lauw kleu: bolletje staat onder o  klø̄. (Hasselt), lauw: leu wahter (Hasselt), Leu water (Hasselt), leu waöter (Hasselt) lauw [ZND m] || Lauw. Lauw water [ZND 37 (1941)] III-4-4
lawaai, herrie laweit: lawaa.t (Hasselt) lawaai III-4-4
lederen pantoffel slof: slufə (Hasselt, ... ) pantoffels, lederen ~, gemakkelijke huisschoenen zonder veters [petoffels, pantoefels, trumpe, sjlutsje, sloffe, sjloebe] [N 24 (1964)] III-1-3
leeftijd, ouderdom ouderdom: aadərdòm (Hasselt), aderdoem (Hasselt), ādərdoͅm (Hasselt) ouderdom [ZND 05 (1924)] || ouderdom; op zijn - [ZND B1 (1940sq)] III-2-2
leeg, niets bevattend leeg: leeg (Hasselt, ... ) Leeg. Mijn glas is ledig [ZND 37 (1941)] III-4-4
leegloper leegloper: ook materiaal znd 30, 4  leeglōepe (Hasselt), lorejas: leu.rejas (Hasselt) leegloper [ZND 01 (1922)] || lorejas, werkschuwe lummel, leegloper III-1-4
leem, pijpaarde leem: lieəm (Hasselt), ps. of letterlijk overnemen: li:m?  līm (Hasselt) leem [ZND 01 (1922)] III-4-4