28694 |
sikkel |
zikkel:
zi.kǝl (L352p Hechtel)
|
Werktuig in de vorm van een halve cirkel met een korte steel dat gebruikt wordt om gras en soms ook wel graan te maaien. In Noord Ned. Limburg is herhaaldelijk opgemerkt: "zelden in handen van boeren ... het is een typisch vrouwengereedschap" (L 270). [N 11, 88; N 18, 79; JG 1a, 1b, 2c; A 4, 28 en 28a; A 14, 7 en 11; A 23, 16.2; L 20, 28; L 42, 46; L 45, 11; Lu 1, 16.2; NE 2, 1; Wi 51; monogr.; add. uit N Q, 11c]
I-5
|
20791 |
sinaasappel |
appelesien:
applesien (L352p Hechtel),
oudere uitspraak
applesien (L352p Hechtel),
appelsien:
appelsien (L352p Hechtel, ...
L352p Hechtel),
apəlsi.n (L352p Hechtel),
huidige uitspraak
appelsien (L352p Hechtel)
|
sinaasappel [DC 48 (1973)], [ZND 40 (1942)]
III-2-3
|
33981 |
singel |
singel:
se.ŋǝl (L352p Hechtel)
|
Riem die het zadel op zijn plaats houdt. Hij is aan de zijkanten van het zadel vastgehecht en wordt onder de buik van het paard door middel van een gesp gesloten. [JG 1a, 1b; N 13, 72; monogr.]
I-10
|
23400 |
sint-jozefbeeld |
beeld van sint-jozef:
bieeld van st jozef (L352p Hechtel)
|
Een beeld van St. Jozef. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
22799 |
sint-maarten |
sint-maart:
sint mert (L352p Hechtel)
|
Sint-Maarten. [ZND 38 (1942)]
III-3-2
|
23286 |
sint-pieter te rome |
sinte-pieter:
sinte-pier (L352p Hechtel),
sinte-pieter (L352p Hechtel)
|
Sint-Pieter. [ZND 40 (1942)]
III-3-3
|
19420 |
sintel |
koek:
koek (L352p Hechtel),
krik:
krikken (L352p Hechtel),
krukken (L352p Hechtel)
|
Hoe heet het overblijfsel van verbrande kolen dat nog eens kan branden ? [ZND 42 (1943)] || Hoe heten de aaneengeklonterde stukken as die in de kachel overblijven ? [ZND 42 (1943)]
III-2-1
|
21143 |
sjees |
sjees:
šēǝs (L352p Hechtel)
|
Licht en hoog tweewielig rijtuigje voor twee personen met een verstelbare kap. Er is geen aparte bok voor de koetsier. De sjees was voor rijke boeren vaak het voertuig waarmee ze onder meer naar de kerk of naar de stad gingen. De sjees is het bekendste tweewielige rijtuig, vandaar dat de benaming "sjees" ook wel vermeld werd als naam voor het tweewielig rijtuig in het algemeen. [N 17, 5; N 101, 1, 3, 4, 8, 15; N G, 51; L 1a-m; L 36, 70; S 18, 30; monogr]
I-13
|
33550 |
sla, algemeen |
salade:
slōͅt (L352p Hechtel)
|
[Goossens 1b (1960)]
I-7
|
17870 |
slaan |
slaan:
kreupel geslagen (L352p Hechtel),
pairs en blouw geslagen (L352p Hechtel),
pers en blau geslagen (L352p Hechtel),
pers en bloo geslagen (L352p Hechtel),
pɛɛRz ɛn blao gəslāgən (L352p Hechtel)
|
bont en blauw geslagen [RND] || ze hebben hem paars en blauw geslagen (de echte dialectische uitdrukking opgeven) [ZND 40 (1942)]
III-1-2
|