e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Hechtel

Overzicht

Gevonden: 2679
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
hazelaar hazenotenbos: hoazeneutenbos (Hechtel), notenbos: notebosch (Hechtel) hazelstruik [ZND 26 (1937)] III-4-3
hazelnoot hazelnoot: hazelneut (Hechtel), hazenoot: hoazeneut (Hechtel) hazelnoot [ZND 26 (1937)] III-4-3
hazenleger leger: leger (Hechtel) leger, ligplaats ve haas [DC 54 (1979)] III-4-2
heen en weer draaien ronddraaien: rond drên (Hechtel) Heen en weer draaien (drentelen, drimmelen, drispelen, draaien) [N 108 (2001)] III-1-2
heen en weer schuiven wiebelen: op ne stoel  wiebele (Hechtel) Heen en weer schuiven (wiebelen, wiemelen, sjroevelen, winaauwen) [N 108 (2001)] III-1-2
heer heer: i.ər (Hechtel) heer [RND] III-3-1
hees, schor gees: geês (Hechtel), hees: hieësch (Hechtel) hij is hees (zijn stem is weg) [ZND 26 (1937)] III-1-2
heet, hitsig lopig: løpex (Hechtel) heet, hitsig [Goossens 1b (1960)] III-2-1
heilig hartbeeld heilig hart: h hart (Hechtel) H.Hartbeeld. [N 96B (1989)] III-3-3
heilig hartlampje heilig hartlampje: h hartlempke (Hechtel) Het altijd brandend electrisch devotielichtje bij het H.Hartbeeld [H.Hartlemp-ke?. [N 96B (1989)] III-3-3