e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Heek

Overzicht

Gevonden: 1225
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
zitten zitten: zitte (Heek) zitten [SGV (1914)] III-1-2
zoeken zoeken: zeuke (Heek) zoeken [SGV (1914)] III-1-2
zoethout zoethout: zeuthout (Heek) zoethout [SGV (1914)] III-2-3
zolder zolder: zøͅldər (Heek) zolder [SGV (1914)] III-2-1
zomen zomen: zø̜jmǝ (Heek) Van zomen voorzien. Zie ook het lemma ɛzoomɛ.' [N 59, 65; N 62, 14b; L 8, 127; MW; S 46; monogr.] II-7
zonde zonde: zung (Heek) zonde [SGV (1914)] III-3-3
zonden zonden: zung (Heek) zonden (mv.) [SGV (1914)] III-3-3
zoom zoom: zǫwm (Heek) De omgeslagen en vastgenaaide rand aan een stuk weefsel of een kledingstuk. Volgens Het Beste Naaiboek (pag. 290) zijn er drie soorten zomen: de omgeslagen zoom, de valse zoom en de apart aangezette zoom. Zie afb. 38. [N 62, 14a; L 8, 126; Gi 1.IV, 15; MW; S 46; monogr.] II-7
zoon zoon: zoon (Heek) zoon [SGV (1914)] III-2-2
zuinig zuinig: zunig (Heek) zuinig [SGV (1914)] III-3-1