e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Heel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
heggenmus blauwververtje: blauwververke (Heel) Hoe heet de heggemusch? [DC 06 (1938)] III-4-1
heibezem bremmenbezem: Zie tekening: a (links) Van brem Hiermee wordt de straat geveegd  brumme bĕsem (Heel) bezem (soorten) [DC 15 (1947)] III-2-1
heilig heilig: heilig (Heel, ... ), hèllig (Heel) heilig [SGV (1914)] || Heilig [hèllig, hillig]. [N 96D (1989)] III-3-3
heilig graf sacramentsaltaar: sacramentsaltjaor (Heel) De plaats, het rustaltaar waar op Witte Donderdag de geconsacreerde Hostie bewaard wordt, het H. Graf. [N 96C (1989)] III-3-3
heilig hartbeeld heilig hartbeeld: h hertbeeldj (Heel), heilig hertbeeldj (Heel, ... ) Een beeld van Jezus die zijn hart toont (H.Hart). [N 96A (1989)] || H.Hartbeeld. [N 96B (1989)] III-3-3
heilig hartlampje devotielampje: devoosielempke (Heel), lampje: lempke (Heel) Het altijd brandend electrisch devotielichtje bij het H.Hartbeeld [H.Hartlemp-ke?. [N 96B (1989)] III-3-3
heilig hartscapulier heilig hartscapulier: h hertsjabbeleer (Heel), heilig hertsjabbeleer (Heel) Een H.Hart-scapulier. [N 96B (1989)] III-3-3
heilig harttafeltje tafeltje: tø͂ͅfəlkə (Heel) Pedestal, console, tafeltje waarop het H.Hartbeeld in de huiskamer staat [H.Harttafeltje, -töffelke?]. [N 96B (1989)] III-3-3
heilig oliesel heilige olie: heiligen oeëlie (Heel), oliesel: oeëliesel (Heel) Het H. Oliesel, sacrament voor de zieken/stervenden [letste öloeng]. [N 96D (1989)] III-3-3
heilig putje heilig putje: heilig pøͅtjə (Heel), putje: pøͅtjə (Heel) Het zinkputje onder of naast de sacristie, het heilige putje. [N 96A (1989)] III-3-3