e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Heel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
raspen raspen: raspe (Heel), ràspə (Heel, ... ) raspen (w.w.) [SGV (1914)] || raspen; Hoe noemt U: Met een rasp fijn maken (raspelen, raspen, rieven) [N 80 (1980)] III-2-1, III-2-3
raspen, grof vijlen raspen: raspǝ (Heel) Een stuk hout met een houtrasp of een grove houtvijl een eerste, ruwe bewerking geven. [N 53, 158a; monogr.] II-12
rat rat: rat (Heel) rat [SGV (1914)] III-4-2
ratel van witte donderdag klepper: klepper (Heel), kleppers (Heel) De ratel die van Witte Donderdag tot aan de zaterdag vóór Pasen in plaats van de altaarschel tijdens de mis wordt gebruikt. [N 96C (1989)] III-3-3
ratelbooromslag krikboor: krek˱būǝr (Heel) Booromslag die na een halve draai teruggedraaid kan worden zonder dat het boorijzer meedraait. In de boorhouder is daartoe een tandwieltje aangebracht, dat tijdens het boren een ratelend geluid maakt. De ratelbooromslag wordt gebruikt op plaatsen, waar het niet mogelijk is de zwengel volledig rond te draaien, bijvoorbeeld in hoeken. Zie ook afb. 82. [N 53, 161c; N 53, 173a] II-12
rauw rauw: rauw (Heel) rauw; Hoe noemt U: Rauw, niet gekookt (groen, rauw) [N 80 (1980)] III-2-3
ravotten kuiten: kuite (Heel), rulsen: rölse (Heel) stoeien [SGV (1914)] || Voor de grap met elkaar worstelen, ravotten, gezegd van kinderen [riepen, riepzakken, raggen, balkuinen, stoeien]. [N 88 (1982)] III-3-2
razen en tieren te zeil gaan: te seil gaon (Heel) luidruchtig uiting geven aan woede [razen, tieren, tekeergaan, tobben] [N 85 (1981)] III-1-4
razend van woede gek van gift: gèk van gift (Heel), giftig wie een konijn: giftig wie eine kniën (Heel) pisnijdig || razend van woede, zeer woedend [dol, dul] [N 85 (1981)] III-1-4
rechtbank rechtbank: rechtbank (Heel) rechtbank [SGV (1914)] III-3-1