21433 |
verbeuzelen |
klenderen:
klénjərə (L328p Heel)
|
zijn tijd met praten verbeuzelen [lameren] [N 87 (1981)]
III-3-1
|
18159 |
verbinden van een wonde |
verbinden:
vərbinjə (L328p Heel)
|
verbinden: Een wond verbinden (banden, verbinden, zwachtelen). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
18940 |
verbruien |
mislukken:
mislökkə (L328p Heel),
verbruien:
verbrŭŭje (L328p Heel),
verknoeien:
vərknoeəjə (L328p Heel)
|
door onoordeelkundige handeling of aanpak bederven [verpeuteren, verbruien, verknoeien] [N 85 (1981)] || er niet in slagen iets tot een goed einde te brengen, geen succes hebben [slip slaan] [N 85 (1981)] || verbruien [SGV (1914)]
III-1-4
|
21388 |
verdacht |
verdacht:
verdachtj (L328p Heel),
vərdácht (L328p Heel)
|
het vermoeden dat iemand iets verkeerds gedaan heeft [verdenking, persons, perzonsie] [N 85 (1981)] || verdacht [SGV (1914)]
III-3-1
|
24634 |
verdord |
dor:
WLD
dòr (L328p Heel)
|
Uitgedroogd, dood, gezegd van planten en plantendelen (dor, verpieterd). [N 82 (1981)]
III-4-3
|
18823 |
verdriet; verdriet doen |
leed:
leid (L328p Heel),
smart:
smert (L328p Heel),
spijt:
sjpīēt (L328p Heel),
verdriet:
verdreet (L328p Heel)
|
een treurige stemming, zieleleed, kwelling van het gemoed, verdriet [trubbel, spijt, pijn, lijden, deer, vliem] [N 85 (1981)] || leed [SGV (1914)] || smart [SGV (1914)] || verdriet [SGV (1914)]
III-1-4
|
17936 |
verdwenen |
weg:
wèg (L328p Heel)
|
Weg, verdwenen: niet meer ter plaatse aanwezig (weg, verdwenen, rits, foetsie). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
30596 |
verf |
verf:
vęrǝf (L328p Heel),
vɛrǝf (L328p Heel)
|
Vloeibare substantie, gewoonlijk bestaande uit een poedervormige, kleurgevende stof en een bindmiddel. Verf wordt met behulp van een kwast, een roller of een spuit opgebracht, waarna zij in een harde laag opdroogt. [Wi 54; S 39; L A1, 82; N 67, 18a; monogr.]
II-9
|
30624 |
verf zeven |
zeven:
zēvǝ (L328p Heel)
|
Verf door een zeef of doek laten lopen teneinde ongerechtigheden eruit te verwijderen. [N 67, 27c]
II-9
|
30661 |
verfbakje |
verfbakje:
vęrǝf˱bɛkskǝ (L328p Heel)
|
Bakje voor verf. Het bakje is noodzakelijk bij het gebruik van een verfroller om de verf goed op de rol te kunnen aanbrengen. [N 67, 46b]
II-9
|