e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Heer

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
opper mijt: mīt (Heer) De grootste soort hooihoop in het veld. [N 14, 112 en 111 add.; JG 1a, 1b, 2c; A 10, 20; A 16, 3b; A 42, 20b; L 38, 38b; monogr.] I-3
oprispen rupsen: röpsche (Heer) oprispen [SGV (1914)] III-1-2
optillen lichten: lŭchte (Heer), oplichten: òpløXtə (Heer) heffen, tillen [SGV (1914)] || optillen [RND] III-1-2
opzettelijk expres: ĕsprĕs (Heer) expres [SGV (1914)] III-1-4
opzitten bidden: Endepols  beije (Heer) Hoe noemt u op de achterste poten zitten met opgeheven voorpoten, gezegd van een hond (bidden, lezen) [N 83 (1981)] III-2-1
otter loutre (fr.): loeter (Heer) otter [DC 07 (1939)] III-4-2
oud, bejaard bejaard: bejoard (Heer) bejaard [SGV (1914)] III-2-2
oude man oude man: ps. boven de a (van man) staat nog een ?; deze combinatieletter is niet te maken, omgespeld is het inderdaad een a.  enen auwe man (Heer) oude [een ~ man] [SGV (1914)] III-3-1
oudejaarsavond oudejaarsavond: awejoarsaovent (Heer) Oudejaarsavond [silvesteraovent]. [N 06 (1960)] III-3-2
oudejaarsdag oudejaarsdag: awejoarsdaag (Heer) Oudejaarsdag. [N 06 (1960)] III-3-2