e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Heer

Overzicht

Gevonden: 1801

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
been been: bēīn (Heer) been [SGV (1914)] III-1-1
begeerlijk begeerlijk: begeerlik (Heer) begeerlijk [SGV (1914)] III-1-4
begerig derop uit: (= erop uit).  drŏp oet (Heer) begeerig [SGV (1914)] III-1-4
begrafenis begrafenis: begrĕffenis (Heer) begrafenis [SGV (1914)] III-2-2
begrip, besef begrip: begriep (Heer), belul: belöl (Heer), besef: besĕf (Heer) besef (hij heeft er geen ~ van) [SGV (1914)] III-1-4
bek muil: Endepols  moul (Heer) Hoe noemt u de bek van een dier (muil, bakkes) [N 83 (1981)] III-4-2
bekostigen? bekostigen: ps. letterlijk overgenomen (dus niet omgespeld!).  bəköstigə (Heer) Betekenis en uitspraak van: het werkwoord bekostigen = betalen, b.v. "dat kan ik niet bekostigen? [bekostigen, beköstigen?] [N 21 (1963)] III-3-1
bekvechten disputeren (<fr.): Van Dale: disputeren (&lt;Fr.), wetenschappelijk redetwisten; - kibbelen, twisten.  dispeteere (Heer) redetwisten [SGV (1914)] III-3-1
beloken pasen gebroken pasen: gebroke Poasche (Heer) beloken Paschen [SGV (1914)] III-3-3
bemesten mesten: męstǝ (Heer) De in dit lemma opgenomen woorden betekenen "mest in het land doen, het land vruchtbaar maken met stalmest". Ze worden doorgaans gebruikt in combinatie met "akker", "(stuk) land" e.d., ook al is dit object - behoudens een enkele uitzondering - bij de onderstaande woordtypen er niet bij vermeld. Voor mesten in de zin van "mest naar het land brengen" en "mest over het land uitspreiden" zie men de lemmata mest uitrijden en mest verspreiden. [JG 1a + 1b; N 11, 14; N 11A, 1; L 1a -m; L 31, 18; S 23; mongr.] I-1