e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q113p plaats=Heerlen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
prettig plezierig: plezerig (Heerlen), pləzeerich (Heerlen), spaig (du.): sjpàssich (Heerlen) pret, genoegen verschaffend of veroorzakend; aangenaam [pertig, prettig] [N 85 (1981)] || prettig III-1-4
preuts kwezelig: kwîêzəlich (Heerlen) preuts; overzedig, gemaakt eerbaar [preuts, prude] [N 86 (1981)] III-2-2
priem? (wbd) <omschr.> geld ingezet hebben: (igezat = ingezet).  hae hat geld igezat (Heerlen) bedrag dat uitbetaald wordt aan degene die bij de eerste verkoping, i.v.m. de openbare verkoping van huizen e.d. [vgl. vraag 15a] het hoogste bod heeft gedaan [trekgeld?] [N 21 (1963)] III-3-1
priemen steekpinnen: štęǝkp ̇en (Heerlen) De twee pennen aan de uiteinden van het metselkoord waarmee het tijdens het metselen wordt vastzet. De priemen worden ook gebruikt om het koord na gebruik op op te rollen. Zie ook afb. 4. Volgens de invuller uit Q 121c worden thans met de toepassing van profielen geen priemen meer gebruikt. In P 176 noemde men het spannen van het metselkoord met behulp van de priemen: 'de koord opsteken' ('dǝ kōt˱ ǫpstēkǝ'). In L 291 gebruikte men geen priemen, maar zette men het metselkoord met behulp van vierduimse spijkers vast. [N 30, 14b; monogr.] II-9
priester geestelijke: meest altijd gebruikt [naast preester]  geesliche (Heerlen), priester: weinig gebruikt  preester (Heerlen) priester [SGV (1914)] III-3-3
prijzen (mv.) prijzen: pri:s (Heerlen) prijzen (mv.) [RND] III-3-2
prikkeldraad stacheldraad: štaqǝldroǝt (Heerlen), tankeldraad: taŋkǝldrǭt (Heerlen) Twee- of driedraads gevlochten ijzerdraad van scherpe punten voorzien waarmee men een weide of een stuk grond afspant. [N M, 6b; N M, 6a; L 40, 73; JG 1b; L 32, 45 add.; Vld.; Gwn 16, 11; A 25, 4f; A 25, 8 add.; monogr.] I-8
prikradje radeerrad: radērrat (Heerlen) Stalen wieltje met punten, draaibaar in een handvat bevestigd, waarmee men gaatjes in een paustekening maakt. Zie afb. 101. [N 67, 86d] II-9
priktol ijsdop: iesdob (Heerlen), iesdop (Heerlen), werptol  iesdop (Heerlen), kokkernol: M. kòkerel.  konkernol (Heerlen) Hoe noemt men een dergelijk stuk speelgoed dat in beweging wordt gebracht met behulp van een touwtje dat er omheen wordt gedraaid? [priktol] [DC 24 (1953)] || Kornoelje en priktol. || tol (speeltuig) [SGV (1914)] || Werptol. III-3-2
primula kerkensleutel: kirkesjluëtel (Heerlen), sleutelbloem: sjluëtelblóm (Heerlen) primula III-2-1